Vraag of Turkije bij NAVO past, is niet langer te vermijden
Nooit was het Turkse lidmaatschap van de NAVO geheel onomstreden. Het bondgenootschap kneep vaak een oogje dicht, omdat het militaire regime uitgesproken westers was.
Lange tijd bestuurden Turkse generaals delen van het land, terwijl in andere periodes civiele regeringen de schijn van democratie ophielden. Maar uiteindelijk had het leger overal de touwtjes in handen. Voor de NAVO was dat een ongemakkelijke situatie.
De macht van het leger is pas echt gebroken toen de AK-partij van Erdogan in 2007 aantrad. Maar dit loste de problemen niet op. Integendeel, de vraagstukken werden alleen maar groter. Premier Erdogan (later president) bleek te houden van felle antiwesterse retoriek.
Toch werden de plooien altijd gladgestreken, omdat Erdogan de kunst van het chanteren machtig bleek. Europese politici in Brussel krijgen nog steeds nachtmerries bij de gedachte dat Turkije zijn grenzen weer openzet en het EU-gebied laat overstromen met migranten. Daarom worden er geestdriftig bakken met geld richting Ankara gestuurd.
Washington vreest intussen de steeds nauwere Turkse samenwerking met Rusland. Om Turkije binnen de NAVO te houden, waren de Amerikanen bereid het lot van de Syrische Koerden op te offeren. Maar het onbehagen over Turkije groeit natuurlijk wel.
In Amerikaanse beschouwingen valt steeds meer de term ”frenemy”; een combinatie van ”friend” (vriend) en ”enemy” (vijand). Eigenlijk weet men niet meer hoe Turkije tegenover het bondgenootschap staat. Het is afwachten naar welke zijde de weegschaal doorslaat.
Twee recente affaires brengen wel meer duidelijkheid. Allereerst is er de kwestie rond de Amerikaanse pastor Andrew Brunson, die 21 maanden in een Turkse cel had doorgebracht. Net als honderdduizenden Turken werd hij beschuldigd van het steunen van een terroristische organisatie. De Verenigde Staten hadden geprobeerd achter de schermen een geheim akkoord te sluiten, met instemming van Israël. Daar was namelijk de Turkse Ebru Ozkan gearresteerd die had getracht geld naar de Palestijnse Hamas te smokkelen. Er was overeengekomen dat Israël deze Turkse vrouw zou laten gaan in ruil voor pastor Brunson. Maar zodra Ebru Ozkan weer op Turkse bodem landde, kwam Turkije terug op zijn belofte. Pastor Brunson mocht niet vertrekken naar de Verenigde Staten maar bleef onder huisarrest. Er volgden Amerikaanse sancties.
De Amerikaanse economische sancties die afgelopen week tegen Iran ingingen, brachten nieuwe spanningen. Want de Turkse minister van Buitenlandse Zaken Mevlut Cavusoglu liet onmiddellijk weten dat Turkije zich hier niet bij zou neerleggen. Iran was volgens hem een belangrijke handelspartner en daarom zou Turkije gewoon handel blijven drijven met Iran. Dit zou echter impliceren dat Turkije binnenkort waarschijnlijk zelf directe Amerikaanse economische sancties tegenmoet kan zien.
Het feit dat het ene NAVO-land wordt beboet door een ander NAVO-lid tekent de sfeer. Turkije bedreigt trouwens ook voortdurend buurland Griekenland, dat evenzeer lid is van de NAVO.
Politici hebben de neiging geen harde beslissingen te nemen, en grote problemen door te schuiven naar een volgend kabinet. Een rationele discussie over het Turkse lidmaatschap van de NAVO is echter op termijn onvermijdelijk.