Sharon en vertegenwoordigers van kolonisten stonden zondag in een gesprek over het terugtrekkingsplan lijnrecht tegenover elkaar. Sharon zei dat hij ondanks de druk van de kolonisten zijn plan aan het parlement zal voorleggen. Van een door de kolonisten bepleit referendum wil hij niets weten, ook al wijzen peilingen uit dat tweederde van de Israëlische bevolking hem steunt. Sharon zei zich ook grote zorgen te maken over oproepen van rabbijnen aan soldaten om bevelen tot ontruiming van nederzettingen niet op te volgen.

„De premier is niet te bereiken”, zei kolonistenleider Yehoshua Mor-Yosef gisteren voor de radiozender van het leger. „Ik geef toe dat wij weinig vleiend over de premier spreken, maar wij luchten alleen onze gekwetste gevoelens.”

Parlementsleden van Sharons Likud-partij vlogen elkaar maandag in de haren over de voorgenomen terugtrekking. We moeten voorkomen dat Sharon „het land van Israël” dit aandoet, zei parlementariër Yehiel Hazan, verwijzend naar het Beloofde Land. „De Gazastrook is het land van Israël niet”, viel zijn partijgenoot Doron Attias, die wel achter Sharon staat, hem in de rede. Volgende week stemt de Knesset over het terugtrekkingsplan.

Er wonen ongeveer 8200 Joodse kolonisten in 21 nederzettingen in de Gazastrook, te midden van 1,3 miljoen Palestijnen. Sharon zegt dat zij niet in deze vijandige omgeving kunnen blijven wonen. Zijn plan voorziet ook in de ontruiming van vier kleine enclaves in het noordelijke deel van de Westoever. Volgens Sharon zal de ontruiming de veiligheid in Israël vergroten en Israëls greep op grote delen van de Westoever vergroten. De kolonisten zeggen dat Israël zwicht voor Palestijns geweld en dat daar een gevaarlijke precedentwerking van uitgaat.