De rechtbank legde eerder dezelfde straf op. Toch kwam het hof tot een andere bewezenverklaring. Moord op Yasmina kan volgens het hof niet worden bewezen, evenmin als de ontuchtige handelingen die aan haar dood vooraf zouden zijn gegaan.

Nadat Yasmina herhaaldelijk met de brievenbus klepperde, liet de verdachte haar op 27 september 2000 uiteindelijk binnen. Naar eigen zeggen betastte K. het meisje op zijn kamer. Volgens het hof wordt deze bewering door niets ondersteund en de enkele bekentenis van K. is onvoldoende om het feit te bewijzen.

K. raakte uit angst voor ontdekking van de ontucht in paniek, zei hij. Op de zolder van de woning mishandelde hij Yasmina zeer ernstig door haar te schoppen, te slaan en met een priem in haar hals te steken. Het bewusteloze lichaam van het meisje verpakte hij in twee vuilniszakken en dumpte hij ondersteboven in de huisvuilcontainer.

K. ging nog drie keer terug naar de zogeheten kliko, om te horen of Yasmina nog een teken van leven gaf. Twee keer hoorde hij nog iets, de derde keer bleef het stil. Het hof acht het niet uitgesloten dat K. in paniek handelde en acht daarom moord niet bewezen, maar houdt het op doodslag. Oftewel: K. heeft Yasmina niet met voorbedachten rade, maar wel opzettelijk gedood.

Zoekactie
Nadat K. het meisje dumpte, nam hij deel aan een zoekactie naar Yasmina. Het hof rekent het de toen 14-jarige jongen zwaar aan het misdrijf verborgen te hebben gehouden. Op 3 oktober werd Yasmina gevonden op een vuilstortplaats in Utrecht. Bijna twee weken later werden K. en zijn broer, die niets met de zaak te maken bleek te hebben, gearresteerd. K. bekende kort na zijn arrestatie.

Deskundigen stelden in een rapportage over de jongen dat de kans op herhaling groot is. K. weet vooral zijn woede niet te beheersen en heeft daarvoor intensieve behandeling nodig, aldus de deskundigen. K. heeft zijn jaar jeugddetentie er inmiddels opzitten en verblijft nu in een orthopedagogisch centrum. Zijn therapie moet nog beginnen. Gedragsdeskundigen verwachten dat deze langdurig zal zijn. Overigens is de maximale tijd voor plaatsing in een inrichting voor jeugdigen zes jaar.