Column: Is technologische vooruitgang nog te stoppen?
Kunt u zich voorstellen dat het over tien jaar niet meer normaal is om met je mobiele telefoon in de hand in de trein te zitten? Of dat niemand meer in een vliegtuig stapt? Of dat je eigenlijk zielig bent als je nog een Google-account hebt? Vast niet.
Ik moest hieraan denken bij de recente aandacht voor seksuele intimidatie van vrouwen. In Trouw werd gesuggereerd dat zulke praktijken pas verdwijnen als het niet meer stoer is. Pas als mannen zich gaan schamen voor zulk gedrag, zelfs als ze samen in de kroeg zitten, stopt het. Zo schijnt het ook met de slavernij gegaan te zijn.
Blijkbaar kunnen mensen stoppen met verkeerde gewoontes. Maar kunnen ze het ook zonder hun spullen stellen? Of wat breder: is technologische vooruitgang nog te stoppen als het eerste begin is ingezet? Ja, dat kan! Zou u het niet fijn vinden om in drie uur naar New York te vliegen in plaats van in zeven uur? Vroeger kon dat, maar nu niet meer. Dertig jaar lang vlogen er in de vorige eeuw supersonische vliegtuigen tussen de grote wereldsteden. Maar het is uiteindelijk niets geworden: de vliegtuigen waren te duur en het ging een paar keer vreselijk mis.
Nog een voorbeeld: kernenergie. Er was een tijd dat kernenergie mateloos populair was. Men geloofde zelfs dat auto’s op kernenergie zouden gaan rijden. Het leek er even op dat Nederlandse wetenschappers en bedrijven vooropliepen in de ontwikkeling van deze nieuwe energiebron. Met elkaar vormden zij een ‘republiek van kerngeleerden’, die samen beslisten over de ontwikkeling van kernenergie in Nederland.
Een van hen was de natuurkundige Jaap Goedkoop. Toen in de jaren 70 van de vorige eeuw de vragen over de veiligheid van kernenergie steeds luider begonnen te klinken, was Goedkoop niet onder de indruk. Op een congres vertelde hij een verhaal over denkbeeldige wetenschappers die zich voorbereiden op een expeditie in het Amazonewoud. Na lang beraad besluiten zij dat ze een ontmoeting met een dinosaurus niet kunnen uitsluiten. Daarom gaan ze door de jungle in gepantserde voertuigen. Dat loopt verkeerd af. Vlak nadat ze zijn vertrokken, komen ze met hun zware materieel vast te zitten in het moeras. Waarmee Goedkoop maar gezegd wilde hebben dat de waandenkbeelden van zijn tegenstanders onze vooruitgang ernstig in de weg stonden.
Hij vertelde dit verhaal in een tijd waarin vaten met nucleair afval in een schip geladen werden. Zodra de zee diep genoeg was, werden ze overboord gekieperd. We kunnen het ons nu niet meer voorstellen. Waag het niet om kernenergie voor te stellen als alternatief voor fossiele brandstoffen. Dat kun je tegenwoordig als wetenschapper niet meer maken.
Maar wanneer ga je je als wetenschapper ergens voor schamen? Of als consument? Ik weet het niet precies. Je kunt wel je best doen om te voorkomen dat het ooit gebeurt. Je doet er dan goed aan zelden tot nooit kritische vragen toe te staan.
Een paar jaar terug moest ik een wetenschappelijk onderzoeksvoorstel beoordelen waarvan ik me oprecht afvroeg of ons leven er wel mooier van werd. (Nee, ik mag niet verklappen waar het over ging. Ook wetenschappers doen soms aan geheimhouding.) Ik kreeg wel zin om dat ook maar eens op te schrijven in mijn reactie. Maar het mocht niet! Expliciet werd ik geïnstrueerd om alleen de wetenschappelijke kwaliteit van het voorstel te beoordelen.
Zo komen we er natuurlijk niet. Maar het tij is aan het keren. De tijd dat wetenschappers in een ivoren toren hun werk deden, is voorbij. Wie de nationale wetenschapsagenda doorneemt, merkt dat wetenschap van ons allemaal is. Iedereen mag vragen stellen. De wetenschapsagenda van Nederland bestaat daarom niet uit voorspelbare speerpunten, maar uit 140 vragen. Neem bijvoorbeeld vraag 79: „Wat zijn de effecten van elektromagnetische velden afkomstig van bijvoorbeeld draadloze communicatie en hoogspanningsleidingen op mensen?”
Toen ik twintig jaar geleden promoveerde, was het stellen van deze vraag al genoeg om te worden weggelachen. Maar van onze nieuwe regering kun je subsidiegeld krijgen als je onderzoek wilt doen naar de gevolgen van wifi en mobiele telefonie voor de gezondheid.
Of vraag 109: „Wat zijn de gevolgen van nieuwe technologieën en big data op de effectiviteit van bestuur en rechtsstaat?” Wetenschappers worden tegenwoordig aangemoedigd om zelf na te denken over gevolgen van nieuwe technologieën.
We weten niet welke dinosaurussen echt bestaan. De toekomst zal het leren. Geniet u dus vooral nog even van uw mooie spullen. Wie weet hoe snel u zich moet gaan schamen.
Aart Nederveen werkt als klinisch fysicus bij de afdeling radiologie van het Academisch Medisch Centrum (AMC) in Amsterdam. Reageren? rubriekforum@refdag.nl