Ook Belastingdienst niet meer bij GeenStijl
De Belastingdienst plaatst ook geen advertenties meer op de websites GeenStijl en Dumpert, net als het ministerie van Defensie. Dat zei vicepremier Lodewijk Asscher dinsdag in de Tweede Kamer na vragen van D66. GeenStijl en Dumpert verloren vorige week verscheidene adverteerders om hun vrouwonvriendelijk karakter.
Asscher benadrukte dat het geen beperking van vrijheid van meningsuiting is als overheden hun advertenties terugtrekken. De overheid moet volgens hem nooit proberen om onwelgevallige meningen onmogelijk te maken. „Het betekent niet dat de overheid als adverteerder niet mag overwegen of je op bepaalde sites wilt adverteren”, aldus Asscher.
De bewindsman liet weten dat hij de beslissing van minister Jeanine Hennis van Defensie om niet meer te adverteren terecht vindt. Uitingen op GeenStijl waren volgens hem grensoverschrijdend.
Maar het kabinet wil geen „algemene lijn” vastleggen waar overheden wel of niet mogen adverteren. Zoiets zou „in het slechtste geval kunnen leiden tot zelfcensuur en dat moeten we vermijden”, aldus de vicepremier.
Tweede Kamerlid Martin Bosma van de PVV is het niet eens met de GeenStijl-boycot, zoals hij het noemt. „Het gaat wel degelijk om vrijheid van meningsuiting”, volgens de PVV’er. Volgens hem wil „een aantal grachtengordelfeministen” GeenStijl kapotmaken omdat de site „politiek incorrect” is.
Een oproep aan adverteerders om GeenStijl te mijden werd vorige week ondertekend door meer dan honderd vrouwen, onder wie veel journalisten. Directe aanleiding was de bejegening op GeenStijl van een Volkskrant-journaliste. Zij schreef over „een universum” dat GeenStijl zou hebben geschapen voor seksistische ‘complimentjes’.
Als reactie vroeg GeenStijl aan lezers „seksistische complimentjes” te plaatsen bij een foto van de journaliste „want zo doen wij dat in dit universum”. Een aantal van de commentaren was zeer expliciet. Volgens GeenStijl was de oproep satirisch bedoeld.