Belgisch onderzoek: kinderen toch vaak besmet met coronavirus
Kinderen zijn vatbaarder voor het coronavirus dan gedacht, lijkt Belgisch onderzoek uit te wijzen. Op plaatsen waar het virus veel rondgaat, lopen ook jonge kinderen het vaak op.
Onderzoekers vonden eind september antistoffen tegen het virus in het bloed van 14,4 procent van de kinderen in het Vlaamse Alken, dat tijdens de eerste golf van de epidemie zwaar werd getroffen. Of dat meer of minder is dan bij volwassen plaatsgenoten is niet vast te stellen, maar het is in ieder geval een aanzienlijk aantal, zeggen virologen van de universiteit van Leuven in Het Belang van Limburg. En basisschoolleerlingen deden nauwelijks onder voor brugklassers.
Jonge kinderen worden zelden erg ziek van het virus. Deskundigen gaan er daardoor nog altijd van uit dat ze geen grote rol spelen in de verspreiding van de epidemie. Voor tieners zou dat minder gelden.
De meeste kinderen werden besmet door volwassenen met wie ze nauw omgingen, denken de onderzoekers, en niet op school. Toch maakt het nieuws artsen ongerust over de heropening van de scholen, maandag. Belgische kinderen gaan dan weer naar school na een dubbel zo lange herfstvakantie.
Dat is „niet geheel zonder risico”, erkent viroloog Steven Van Gucht van het Belgische coronacrisiscentrum. Maar het gevaar is geslonken doordat de tweede golf „in een relatief snel tempo blijft afnemen”.
België, dat een paar weken geleden nog Europa’s coronabrandhaard nummer 1 was, doet het inmiddels beter dan een vijftal andere Europese landen. Van Gucht vertrouwt erop dat ook het aantal mensen dat aan Covid-19 bezwijkt de komende dagen gaat dalen.
De Belgische regeringen overleggen later op de dag of de coronamaatregelen geleidelijk weer versoepeld kunnen worden zodat Belgen bijvoorbeeld samen Kerstmis kunnen vieren. Van Gucht bond Belgen op het hart de feestdagen hoe dan ook hooguit in kleine kring door te brengen. Het is maar voor één keer, verzekerde hij.