Brussel: bestrijding epidemie niet meer aan lidstaten overlaten
Als Europa dreigt te worden overspoeld door een epidemie, moet de Europese Unie voortaan een ‘noodtoestand’ kunnen afkondigen, vindt de Europese Commissie. Dan worden Europese epidemiedraaiboeken in gang gezet, kan het Europese RIVM lidstaten een aanpak aanbevelen en gaat het Europees Geneesmiddelenbureau in de gaten houden of er geen medicijntekorten ontstaan, als het aan de commissie ligt.
De coronapandemie heeft volgens het dagelijks EU-bestuur blootgelegd dat de EU meer werk moet maken van volksgezondheid, tot dusver vooral een zaak van lidstaten zelf. Europese landen werkten niet samen maar langs elkaar heen en lieten reizigers in verwarring en soms zelfs voor gesloten grenzen achter. Het zou daarom tijd zijn voor een ‘gezondheidsunie’.
Twee EU-instellingen moeten een grotere rol krijgen om zulke problemen in het vervolg te voorkomen, vindt de commissie. Het ECDC, de tegenhanger van het Nederlandse RIVM, moet landen kunnen gaan adviseren over hun aanpak. Het instituut zou de verspreiding van ziekten ook op de voet moeten gaan volgen zodat er zo nodig meteen kan worden ingegrepen. Laboratoria in Europa zouden een netwerk moeten gaan vormen en zo eenduidige informatie moeten verschaffen.
Bij een volgende epidemie mag de aanvoer van geneesmiddelen niet weer in de knel komen, vindt de commissie. Het Europees Geneesmiddelenbureau (EMA) moet daarop gaan toezien. Als er tekorten ontstaan aan bijvoorbeeld virusremmers of aan roesmiddelen of beademingsapparaten voor de intensive care, zou het bureau kunnen ingrijpen.
De commissie kondigde al eerder aan een Europese versie op te tuigen van het Amerikaanse biomedische instituut BARDA. Die instelling moet gevaren voor de volksgezondheid, zoals resistente ziekteverwekkers, snel opmerken en dan bijvoorbeeld aan de slag gaan met het ontwikkelen van tests of het inslaan van benodigdheden.
De voorgestelde ‘gezondheidsunie’ moet niet alleen van stal worden gehaald in geval van een epidemie of andere nood, zegt de commissie. Er volgen later nog plannen om de aanvoer van goede en betaalbare geneesmiddelen te verzekeren en om kanker te bestrijden.
De Europese Commissie gaat met de ‘gezondheidsunie’ niet buiten haar boekje, onderstreept ze. Maar onder anderen premier Mark Rutte toonde zich eerder al terughoudend. De EU heeft „geen meerwaarde” bij de bestrijding van de acute epidemie, zei hij vorige maand. De commissie moet het over de plannen nog eens worden met de lidstaten en het Europees Parlement.
Verantwoordelijk Eurocommissaris Stella Kyriakides is „optimistisch” over de steun van de lidstaten, omdat hun „burgers hierom vragen”. EU-landen zullen de „concrete voordelen” van de plannen wel inzien, meent ze. „Die kunnen voor zichzelf spreken. Het beste voorbeeld: de Europese inkoop van coronavaccins.”
Voor de plannen wil de commissie de komende zeven jaar in totaal ruim 600 miljoen euro uittrekken.