Rekenkamer: miljarden voor coronanoodfonds vragen extra toezicht
Nu de Europese Unie de komende jaren honderden miljarden euro’s extra wil uitgeven om op te krabbelen uit de coronacrisis, is er ook meer mankracht nodig om te controleren of dat geld wel goed wordt besteed. Die waarschuwing spreekt de Europese Rekenkamer uit bij de presentatie van zijn nieuwste jaarverslag, met een afkeurend oordeel over de uitgaven in 2019.
De Rekenkamer keurt de rekeningen van de EU ook over 2019 goed, maar ontdekte wel te veel fouten in de uitgaven. Omdat deze ook vaak de kop opstaken bij bestedingen met hoge risico’s en zo „diepgaande invloed” hebben op de uitgaven, krijgen die een afkeurend oordeel. Bij de fouten is echter doorgaans geen boze opzet in het spel, haast de Rekenkamer zich te onderstrepen. Het gaat eerder om slordigheden bij het toeschrijven van personeelskosten of bekendmaken van aanbestedingen.
Door het coronanoodfonds en de hogere EU-begroting verdubbelen de uitgaven van de unie de komende jaren bijna, brengt de Rekenkamer in herinnering. Dat vergt „doeltreffende controles”, stelt president Klaus-Heiner Lehne.
Het instituut kan er in principe ook voor kiezen de komende jaren minder werk te maken van uitgaven waar het weinig tekortkomingen verwacht, zegt Alex Brenninkmeijer, het Nederlandse lid van in Luxemburg gevestigde instelling. Maar hij wijst erop dat de kosten die de EU maakt voor de controle van de boeken al „erg laag” zijn. En de Rekenkamer kan zich beroepen op internationale boekhoudnormen.
Als de Rekenkamer de EU om meer armslag zou vragen, heeft hij een „vrij sterke onderhandelingspositie”, denkt Brenninkmeijer. „Dan wordt het een heel moeilijk verhaal voor Brussel om te zeggen: dat geld krijgen jullie niet.”