Nazar had één droom: naar Israël gaan
Kiev Boryspil Airport, de internationale luchthaven van Oekraïne. Het is dinsdag 3 november, drie uur ’s middags. Over enkele uren gaat de vlucht van de 16-jarige Nazar. Hij is één van de 140 Joodse jongeren die vannacht zullen aankomen in het land waar ze al jaren van dromen.
Oekraïne binnenkomen is niet zo moeilijk: een negatieve uitslag van een coronasneltest is genoeg om je vrijuit te kunnen bewegen in het land. Maar dat kan elke dag omslaan: het aantal besmettingen in het land stijgt explosief. In sommige ziekenhuizen in het binnenland liggen coronapatiënten tot op de gang, omdat de ic’s en ook de andere ziekenhuisafdelingen vol zijn. Elk moment kan de Oekraïense regering besluiten om de reisbeperkingen aan te passen naar code rood. En als dat gebeurt, moeten alle plannen wéér worden omgegooid.
Uitgestorven
De luchthaven lijkt uitgestorven. De parkeerplaats bij de vertrekhal is zo goed als leeg. Tot het moment dat er vijf touringcars stoppen. Honderdveertig jongeren stappen uit de bussen. Voor iedereen is het de laatste dag dat ze Oekraïne hun thuisland noemen. Eén van die jongeren is Nazar. Hij groeide op in een weeshuis in Bila Tserkva. Zijn vader heeft hij nooit gekend, zijn moeder was verslaafd aan alcohol en kon niet voor hem zorgen. Nazar had één droom: naar Israël gaan.
De logistieke inspanning achter deze groep Joden die naar Israël emigreert is gigantisch. Zeventien medewerkers van Christenen voor Israël (CvI) coördineren de reis, in nauwe samenwerking met het Joods Agentschap en Keren Hayesod uit Israël, de grootste Israëlische fondsenwervingsorganisatie. Paspoorten, medische testen, bagage, vliegtickets en natuurlijk mondkapjes. Sommige van de Joodse jongeren en jonge gezinnen zijn gevlucht uit oorlogsgebied. Uit de oostelijk gelegen regio’s Donetsk en Mariupol, waar nog steeds onrust heerst tussen het Oekraïense leger en de pro-Russische separatisten.
Tientallen busjes zijn dinsdagmorgen vroeg vertrokken uit het hele land. Een land vijftien keer zo groot als Nederland. Op soms moeilijk begaanbare wegen, op weg naar het beloofde land. Maar ze zijn er nu allemaal. Ze kunnen vertrekken.
Thuisgekomen
Het is inmiddels half acht ’s avonds. Een halfuur later dan gepland taxiet het vliegtuig de terminal uit. In feestelijke letters staat op het vliegtuig: ”40 years blessing the Jewish people”, verwijzend naar het veertigjarig jubileum van Christenen voor Israël. Vanuit de eeuwenlange diaspora keert het Joodse volk terug naar haar oude thuisland: het land Israël. Daarbij geholpen door christenen.
Enkele uren later, diep in de nacht, landt de groep veilig in Israël. Het is gelukt. Er is weer een groep Joden thuisgekomen in het beloofde land. Wat zal de toekomst brengen voor deze 140 jongeren die vanaf vandaag zichzelf Israëlisch staatsburger mogen noemen? Nazar weet het wel: hij wil in Israël kinderen helpen die hetzelfde hebben moeten doormaken als hij. Hij wil hoop brengen in Israël. Vanaf vandaag wordt zijn droom werkelijkheid.
Sara van Oordt-Jonckheere is hoofd media en communicatie van Christenen voor Israël.