Eis 13 jaar cel tegen gevluchte Azerbeidzjaan om doden buurman
Het Openbaar Ministerie heeft voor de rechtbank in Utrecht dertien jaar gevangenisstraf geëist tegen de 30-jarige man Kamran J. wegens het doden van zijn bovenbuurman in Soest. In augustus 2017 stak J. volgens het OM 67 keer in op het lichaam van het 57-jarige slachtoffer, in diens woning aan de Weegbreestraat. De man bleek daarnaast gewurgd, gestompt en geslagen. Ruzie over overlast is mogelijk het motief geweest.
J. is direct na het misdrijf via België naar zijn geboorteland Azerbeidzjan gevlucht en aldus uit handen van justitie gebleven. Azerbeidzjan levert geen onderdanen uit. J. is buiten zijn aanwezigheid berecht. Hij staat op de internationale opsporingslijst.
Het levenloze lichaam van het slachtoffer werd door ongeruste familieleden in de woning gevonden. Binnen en buiten de woning waren er veel bloedsporen. Deze leidden naar de voordeur van de onderburen - ook in die woning heeft de politie bloed aangetroffen. Schoenzoolsporen en DNA wezen in de richting van J. als vermoedelijke dader. Ook zijn er telefoongesprekken tussen familieleden van de verdachte afgeluisterd. Daarin werd gesproken over het wegmaken van het gebruikte mes.
Volgens het OM hebben slachtoffer en verdachte meermalen ruzie gehad over geluidsoverlast. In de woning van het slachtoffer stond de muziek hard aan, toen de politie de woning betrad. Of de overlast de daadwerkelijke aanleiding is geweest voor het dodelijke geweld, is niet komen vast te staan. Er heeft nooit een verhoor van J. plaatsgevonden. Voor een vooropgezet plan (moord) is volgens het OM geen bewijs.
Er zijn aanwijzingen dat J. psychische problemen had, maar bij gebrek aan onderzoek is ook dat niet met zekerheid vast te stellen. Justitie houdt hem daarom voor volledig toerekeningsvatbaar.
Het OM heeft de rechtbank verzocht te bepalen dat J. een schadevergoeding van ruim 47.000 euro aan de twee kinderen van het slachtoffer betaalt.
Als de rechtbank J. veroordeelt, zal justitie alles in het werk stellen om hem de opgelegde straf te laten uitzitten. Daarbij wordt ook gekeken of dat in Azerbeidzjan kan.
De rechtbank doet uitspraak op 18 november.