Meebewegen in een hoepelrok
Ze leeft zich uit in 18e-eeuwse baljurken, zijden japonnen uit het Franse hofleven of een andere keer wat gewoner, zoals de 17e-eeuwse Magdalena Hoest in een rok en jak van wol.
Martine Teunissen weet zich met haar historische kostuums elke rol aan te meten. In haar zelfgemaakte kleding brengt de historica geschiedenis dichterbij.
„Als u de pest buiten de deur wilt houden, hang dan lavendel op”, adviseert Teunissen, alias Magdalena Hoest. In de Leidse Hortus Botanicus neemt de historica haar publiek mee naar het jaar 1620. Ze speelt een Leidse inwoner uit de 17e eeuw en vertelt onder meer over de Pilgrims, de Engelse vreemdelingen die elf jaar lang in haar stad woonden. Dat ze een boek gevuld met kennis over planten en geneeskrachtige kruiden meenamen naar Amerika, waar ze net naartoe vertrokken zijn.
Teunissen geniet van het spelletje dat ze speelt met de omstanders. De historica gebruikt de zogenaamde ”life costumed interpretation” om het gesprek over het verleden op gang te brengen. „Soms merk ik dat mijn publiek zo opgaat in het verhaal, dat ze zelfs gezag toekennen aan mijn ‘medische’ adviezen over kruidenmengsels. Ze doen dan een boekje open over hun gezondheidsklachten en vragen om raad”, lacht ze. Juist bij kinderen ziet ze dat ze heel ver meegaan in de rol die Teunissen speelt. „Ze kiezen voor wat heet ”suspension of disbelief”, wat letterlijk ”uitstel van ongeloof” betekent.”
Zondagsrust
Met haar optredens probeert Teunissen kennis door te geven, nuances aan te brengen in stereotype beelden en discussies op gang te helpen. In de Hortus gaat het gesprek dan bijvoorbeeld over de beweegredenen van de Pilgrims om te emigreren. „Ik krijg daar veel wetenschappelijk geschoold publiek voor me, vaak atheïstisch. Ik vind het mooi om hen door mijn personage te confronteren met een totaal ander, 17e-eeuws perspectief.”
Soms brengt Teunissen verdieping in de conversatie door een extra personage in te brengen. „Dan begin ik bijvoorbeeld over mijn Engelse buurvrouw, die de zondagsrust strikter wil handhaven dan ik. En dat de te grote (geloofs)vrijheid in Leiden één van de redenen was voor de Pilgrims om te vertrekken uit Leiden.”
Beter geïnformeerd
De historica merkt dat er op geschiedenis vaak een hoge druk ligt door allerlei politieke discussies. In het geval van de Pilgrims gaat het dan vaak over de verhouding tussen de separatisten en de oorspronkelijke bevolking van Amerika. In de beginjaren hadden beide groepen elkaar nodig. De Wampanoags sloten zelfs een verbond met de Engelsen om zich te beschermen tegen invallen van een andere stam, de Narragansett.
„Zodra je iets met dit onderwerp gaat doen, brand je al gauw je vingers. Mensen zien graag hun eigen denkbeeld bevestigd. Wanneer ik in mijn rol als Magdalena Hoest een vraag krijg over de toestand in Plymouth Plantation, kan ik als ik in mijn rol blijf reageren met: „U bent hierover mogelijk beter geïnformeerd dan ik”.” Haar publiek is tenslotte 400 jaar verder in de tijd. Magdalena leefde in 1620, het jaar van de grote oversteek. „Maar als mensen erg heftig reageren stap ik uit mijn rol – anders gaat het frustreren voor mijn publiek.”
Schoonheid
Dat Teunissen voor haar werk vaak historische kostuums nodig heeft, betekent dat ze ook veel studie maakt van mode. „Ik heb door het zelf naaien en dragen van kostuums veel kennis verzameld. Ik heb die kennis gebundeld in twee boeken. Het eerste heet ”Beauty & Fashion” en gaat over schoonheid in de Romeinse tijd. In september kwam ”Beleef het verleden” uit, een boek over vrouwenkleding in Holland van de 16e tot de 19e eeuw.”
Het onderzoek naar mode is fascinerend, vindt Teunissen. Ze pakt ”Beleef het verleden” erbij. Het Joodse bruidje van Rembrandt staat erin, maar ook foto’s van opgegraven trippen (overschoenen) uit de 16e eeuw, modebladen en boedelinventarissen waarin allerlei kledingstukken vermeld staan.
Al die verschillende typen bronnen vragen ook weer om een eigen interpretatie. „Is ”Het Joodse bruidje” bijvoorbeeld een realistische weergave van de mode in Rembrandts tijd of heeft de schilder haar wat meer exotisch afgeschilderd omdat het om een Bijbelse voorstelling gaat? Vertellen modebladen echt wat mensen droegen, of zijn de kledingstukken die daarin afgebeeld staan extravagant?”
IJdel
In ”Beleef het verleden” kan het pagina’s lang gaan over hoofddeksels in de 18e eeuw of halsdoeken in de 17e eeuw. Is mode niet een wat ijdel thema? „Nee, het doet ertoe”, zegt Teunissen met overtuiging. Ze wist al verschillende keren subsidies in de wacht te slepen voor haar onderzoek.
Kleding vertelde alles over de stand waartoe je behoorde. „Wat je aan had, vertelde of je getrouwd of ongetrouwd was. Het liet je sociale status zien met de bijbehorende etiquette, wat heel anders is dan nu. In deze tijd kan een miljonair in een korte broek komen aanzetten. Op z’n hoogst zie je dat hij geld heeft omdat hij een polo draagt van Lacoste. Kleding van vroeger geeft een schat aan informatie.”
Naast de kennis over standsverhoudingen en klassen vertelt kleding ook veel over de werkgelegenheid in voorbije eeuwen. „Aan een goed kledingstuk stonden misschien wel twintig mensen ten dienste. Neem een wollen rok. Het vlaken, kaarden, spinnen, weven, verven, vilten, noppen, snijden en naaien gebeurde allemaal door verschillende mensen. Het vakmanschap was enorm verfijnd. Het lukt ons niet altijd meer om dezelfde kwaliteit van vakmanschap voor elkaar te krijgen, mede omdat we vaak meerdere ‘beroepen’ van vroeger door één persoon laten uitvoeren.”
Walvisbot
Achter de naaimachine doet Teunissen ook tal van ontdekkingen die een bezoek aan een archief haar niet kunnen geven. In haar naaikamer heeft ze op de paspop een jurk van blauwe zijde met een goudkleurig lijfje staan. Onder de rok zit een fardegalijn, een onderrok die met hoepels verstevigd is. „Door het zelf te maken, moet je nadenken: hoe verstevig ik zo’n lijfje? Ik ga op onderzoek uit en kom in de archieven van kleermakers tegen dat ze karton en canvas in hun rijglijven verwerkten. In de praktijk blijkt dan hoe handig of onhandig het materiaal is en of je het hiermee gewenste silhouet bereikt, wat je weer kunt bekijken op schilderijen.” Sommige dingen mogen nu niet eens meer gebruikt worden, zoals ivoor voor kammen of walvisbot voor baleinen.
Het dragen van de kostuums levert de modehistorica weer nieuwe kennis op. „Feministen zijn fel gekant tegen het korset. Maar zo’n keurslijf beschermt je en verdeelt het gewicht van de onderrokken. Bovendien geeft het je een heel andere houding.” Teunissen staat zelf op de kaft van ”Beleef het verleden” fier rechtop afgebeeld, met dank aan het ‘harnas’ onder haar kanten jurk.
Hoed en handschoenen
Wie Teunissens entourage ziet, waant zich even terug in de tijd. „Gisteren was ik nog bij een groep basisschoolkinderen om ze een gastles te geven als ouderwetse juf uit 1860. Ik droeg een onderhemd, korset en onderrok met daaroverheen een bovenrok, een blouse en een jak. Uiteraard kwam ik binnen met mantel, hoed en handschoenen aan, die ik voor de les afdeed, en bij vertrek weer opzette en aantrok. Zo krijgen de kinderen al andere gewoonten en gebruiken mee.”
Ook de basisschoolklas sleept Teunissen weer mee in haar verhaal. „Ik moest er een eind voor rijden, maar had het laatste stukje van de auto naar de school gelopen. „Bent u hiernaartoe gewandeld?” vragen kinderen dan. „Jazeker”, antwoord ik dan naar waarheid.” Om even mee te gaan in deze droom stellen kinderen en volwassenen graag hun ongeloof uit.
www.beleefhetverleden.nl
Boekgegevens
Beleef het verleden, Martine Teunissen; uitg. in eigen beheer; 304 blz.; € 35,-
Martine Teunissen
Martine Teunissen (1984) is afgestudeerd in publieke geschiedenis aan de Universiteit Leiden. In 2008 richtte ze evenementen- en adviesbureau ”Beleef het verleden” op. Ze organiseert historische ambachtsmarkten, bals en diners en speelt historische personages na. Voor deze optredens maakt ze zelf haar kostuums.