„Ik heb met premier Howard gebeld om hem te feliciteren met de overwinning van de coalitiepartijen”, zo zei een duidelijk aangeslagen Latham op een bijeenkomst in zijn kiesdistrict in een buitenwijk van Sydney.

Van te voren was een nek-aan-nekrace voorspeld, maar na het tellen van driekwart van de stemmen blijkt dat de regeringspartijen hun meerderheid in het Huis van Afgevaardigden, de Australische Tweede Kamer, hebben vergroot. Howards blok stond op 52,4 procent en Labor op 47,6 procent.

Een opgetogen Howard toonde zijn blijdschap tegenover zijn achterban in het centrum van Sydney. „Ik voel me nederig door deze ongelooflijke uiting van vertrouwen in het leiderschap van deze grote natie door de coalitie.”

Howard kan aan een vierde termijn als minister-president beginnen, een unicum in de Australische politiek. Hij bedankte de kiezers voor het „ongekende blijk van vertrouwen” dat ze in hem hebben gesteld. Oppositieleider Mark Latham gaf zijn nederlaag toe. „Dit was niet onze avond”, zei hij.

De verkiezingsuitslag heeft als gevolg dat de 900 Australische soldaten voorlopig in Irak blijven. Labor-leider Latham beloofde de kiezers in de campagne voorafgaand aan de verkiezingen de troepen voor Kerst terug naar Australië te halen. Howard zei dat ze zolang als nodig in Irak blijven.

Volgens een parlementslid van de Groenen, Kerry Nettle, zou Labor de verkiezingen hebben gewonnen als de partij duidelijker nee had gezegd tegen de oorlog in Irak. De Groenen, die hun verzet tegen de oorlog tot een van de speerpunten van hun campagne maakten, zagen hun aanhang stijgen van 5 naar 7 procent.

Veel kiezers bleken echter thema’s als de economie, de zorg en het onderwijs belangrijker te vinden dan de oorlog in Irak. Daarbij speelde ook het uiteenlopende imago van de twee voornaamste kandidaten voor het premierschap een rol. De 65-jarige Howard geldt als kleurloos, maar betrouwbaar; de 43-jarige Latham als jong en daadkrachtig, maar onervaren en soms ongedisciplineerd.

Van de drie landen die ervoor kozen Irak aan te vallen -de Verenigde Staten, Groot-Brittannië en Australië- was Australië het eerste waar de bevolking zich in algemene verkiezingen over dat besluit mocht uitspreken. De Amerikaanse president George Bush hoort op 2 november het oordeel van de kiezers; de Britten gaan vermoedelijk volgend voorjaar naar de stembus.

Bush wenste Howard geluk met zijn „geweldige overwinning.” De Amerikaanse president belde zijn Australische bondgenoot vanuit de Air Force One, het presidentiële vliegtuig waarmee hij zaterdag onderweg was naar een volgende campagnestop. Ook Blair belde met Howard om hem te feliciteren.

Circa 13 miljoen Australiërs kozen zaterdag 150 leden van het lagerhuis en 40 van de 76 senatoren.