Nederland en Frankrijk bepleiten inperken macht internetplatforms
De Europese Commissie moet met strenge regels voorkomen dat grote digitale platforms als Google en Apple concurrenten wegdrukken en de consument minder keuze bieden, vinden Nederland en Frankrijk. Dat moet met boetes die hoog genoeg zijn om deze techreuzen met hun diepe zakken in het gareel te krijgen.
Om sommige grote platforms kunnen mensen nauwelijks heen. Deze bedrijven kunnen als een poortwachter bepalen waartoe consumenten toegang hebben, bijvoorbeeld met een appwinkel waarop zij aangewezen zijn.
Die soms knellende greep willen staatssecretaris Mona Keijzer (Economische Zaken) en haar Franse collega Cédric O breken. Platforms moeten klanten bijvoorbeeld de mogelijkheid geven om hun bij het platform bekende gegevens makkelijk over te dragen aan een concurrent, zodat ze daar dezelfde diensten kunnen afnemen. Zo nodig moet een Europese toezichthouder een platform kunnen verplichten om data te delen, concurrenten een minstens gelijke plek in de etalage te gunnen en diensten ‘interoperabel’ te maken. Dat betekent dat concurrenten er gegevens mee kunnen uitwisselen en mee kunnen samenwerken.
Nederland en Frankrijk, dat vaker voorop loopt in het aanpakken van techbedrijven, willen met hun voorstellen invloed uitoefenen op de regels waarmee de Europese Commissie eind dit jaar komt. Die gaan al in de richting van de Nederlands-Franse plannen.