Israël hult zich in nevelen rond serie explosies Iran
Een zware explosie trof vorige week het Iraanse nucleaire complex in Natanz. Het omstreden atoomprogramma lijkt hierdoor fors op achterstand gezet. De grote vraag is wie er achter zit, want alles wijst erop dat het geen ongeluk was.
De satellietbeelden laten aan duidelijkheid weinig te wensen over. De belangrijkste Iraanse faciliteit voor uraniumverrijking in Natanz is zwaar beschadigd. Een ontploffing, gevolgd door een enorme brand heeft vorige week donderdag in elk geval een fabriek voor de vervaardiging van centrifuges, nodig voor de opwerking van nucleair materiaal, vernietigd. Naar de rest van de schade blijft het gissen, ook doordat een deel van het complex zich ondergronds bevindt.
Aanvankelijk hielden de Iraanse autoriteiten nog vol dat er slechts lichte schade was. Zondag gaf een woordvoerder van de machtige Revolutionaire Garde echter toe dat het om aanzienlijke verwoestingen ging en dat vermoedelijk een krachtige bom was gebruikt.
Persbureau Nour News, dat wordt gezien als spreekbuis van het Iraanse regime als het om veiligheidszaken gaat, publiceerde een uitgebreid artikel op zijn website waarin wordt gesteld dat „de combinatie van inlichtingenwerk, logistiek, actie en de omvang van de verwoestingen” bewijzen dat het om een gerichte aanval gaat. Volgens Nour News is een luchtaanval op Natanz vrijwel onmogelijk door de uitgebreide luchtverdediging van het complex. Een treffer door een kruisraket zou nog kunnen, maar waarschijnlijker is dat er explosieven in de gebouwen zelf zijn geplaatst.
Reeks
De aanval op Natanz past overigens in een reeks onverklaarbare explosies en branden in belangrijke Iraanse installaties. Op 26 juni hadden zware ontploffingen plaats bij raketbases in Khojir en Shiraz. Enkele dagen later vielen zeker negentien doden bij een explosie op een medisch complex in de buurt van Teheran. Afgelopen zaterdag brak brand uit bij een elektriciteitscentrale en een petrochemische fabriek in het zuidwesten van de Islamitische Republiek. Maandag kwamen twee mensen om het leven bij een ontploffing in een fabriek ten zuiden van de hoofdstad.
Vooralsnog doet Teheran deze incidenten als „ongelukken” af. Westerse analisten wijzen echter op een duidelijk patroon, zowel wat de timing, de werkwijze en de gevoeligheid van de getroffen installaties betreft. En in elk geval heeft Iran zelf toegegeven dat de explosie in Natanz een daad van „agressie” was, bedoeld om het Iraanse atoomprogramma te saboteren.
Vertraging
Behrouz Kamalvandi, woordvoerder van de Iraanse Organisatie voor Atoomenergie, gaf zondag toe dat het programma voor uraniumverrijking „enkele maanden” vertraging door de sabotage heeft opgelopen; diverse westerse analisten houden het zelfs op „minimaal een jaar.”
Zoals gebruikelijk bij dit soort voorvallen, wijst Iran met de beschuldigende vinger naar de Verenigde Staten en Israël. Dat is niet geheel verwonderlijk, want er is beide landen veel aan gelegen dat de Islamitische Republiek niet de beschikking over kernwapens krijgt. Diverse grootschalige cyberaanvallen op Iraanse strategische installaties en executies van atoomgeleerden worden aan Amerika en Israël toegeschreven. In 2018 braken agenten van de Mossad in een opslagplaats bij Teheran in en maakten duizenden documenten buit die Irans geheime atoomprogramma uitgebreid beschreven.
Hoewel Israëlische media tamelijk uitgebreid over de reeks branden en explosies berichtten, hielden de Israëlische autoriteiten zich zoals gewoonlijk op de vlakte over de vraag wie voor de incidenten verantwoordelijk is. „Iedereen kan ons steeds overal van verdenken, maar ik denk niet dat dat juist is”, zei minister van Defensie Benny Gantz zondag. „Niet elk voorval in Iran heeft noodzakelijkerwijs met ons te maken.” Minister van Buitenlandse Zaken Gabi Ashkenazi maakte op diezelfde dag echter duidelijk dat „Iran niet kan worden toegestaan nucleaire capaciteit te verwerven. Om dat te bereiken, doen wij dingen die beter onuitgesproken kunnen blijven.”
Antwoord
Het voormalige hoofd van de Israëlische militaire inlichtingendienst, oud-generaal Amos Yadlin, waarschuwde begin deze week dat Israël zich op een agressief Iraans antwoord moet voorbereiden. Dat zou bijvoorbeeld een cyberaanval, een raketbeschieting vanuit Syrië of een terreuraanslag op Joodse doelen in het buitenland kunnen zijn.
Vorige maand wees Yadlin er al op dat de kritiek op de regimes in landen als Libanon, Syrië én Iran toeneemt. De machthebbers zouden volgens hem een extern conflict kunnen gebruiken om de aandacht van de binnenlandse problemen af te leiden.