Koud staal rijmt met kleurrijke tekening
De heropening van Museum Het Valkhof in Nijmegen is kleurrijk. Hoewel de tentoonstelling ”Geel als citroen, rood als tomaat” al ver voor de coronacrisis gepland was, is „deze feelgoodtentoonstelling juist nu van harte welkom.”
Wie zich niet ingelezen heeft, zal zich wellicht verbazen als hij de museumruimte inloopt. Aan de wand een serie tekeningen en rechts een parade van meubels; wat hebben die met elkaar van doen?
De Gelderse meubel- en productontwerper Ineke Hans (1966) en beeldend kunstenaar Erik Mattijssen (1957) zijn door het museum uitgedaagd om samen een tentoonstelling te maken waarin ze duidelijk zichtbaar reageren op elkaars werk.
„De binnenkomst is als een eregalerij voor beide kunstenaars hier; een verzameling uit hun eigen oeuvre”, licht Charlotte van Lingen, hoofd presentatie en publiek van het museum, toe. „Daarna gaat de kunst van beide makers op in ensembles; we hebben het scènes genoemd.”
De tekeningen van Mattijssen zijn vol van kleur, de voorstellingen –vooral spullen, geen mensen– springen haast van het papier en zijn veelal met spijkers aan de muur bevestigd; geen opsmuk van een lijst of passe-partout. Hans’ ontwerpen daarentegen zijn strak, vaak slechts in één kleur uitgevoerd en voor dagelijks gebruik.
Grijze kapstok
Op het eerste gezicht lijken de creaties van beide kunstenaars daarom weinig gemeen te hebben. Wie echter goed kijkt, ziet ondanks het enorme verschil in beeldtaal juist verrassend veel overeenkomsten. Neem scène 18, van de 26 die er in totaal te zien zijn. Een grijze kapstok staat voor de tekening ”I Don’t Wanna Hurt” (Ik wil geen pijn doen) (2008). Het keiharde, koude staal is de beeldrijm in deze voorstellingen.
„We hebben Erik gevraagd of hij samen met iemand een tentoonstelling voor deze zomer wilde maken. Hij kreeg van ons carte blanche, voorwaarde was alleen dat de kunstenaars visueel op elkaars werk moesten reageren”, zegt Van Lingen. „Samen kwamen we uit bij Ineke. Zij kenden elkaar niet, maar intuïtief voelden we dat ze bij elkaar pasten. En dat klopt; ze zijn nu vrienden voor het leven.”
Persoonlijke ervaringen
Hans, woonachtig en werkzaam in zowel Arnhem als Berlijn, ontwerpt meubilair met een maximale levensduur en minimaal verlies aan materiaal. Ze nam voor haar werk al diverse prijzen in ontvangst en heeft tientallen solo- en groepstentoonstellingen op haar naam staan.
Van Lingen: „Het werk van Erik is opgebouwd uit bestaande en verzonnen beelden en hij tekent zijn persoonlijke ervaringen. Toch refereert het aan onze eigen herinnering; het roept een aha-erlebnis op. Het staat ver weg van de missie van Ineke om een eerlijk product te ontwerpen.”
In de lockdownperiode vanwege het coronavirus hebben beide kunstenaars intensief met elkaar opgetrokken. Van Lingen: „Ze hadden de grootste lol.” Hans en Mattijsen zochten gezamenlijk naar verbindingen tussen beide oeuvres. Zo lijken de kunstwerken in scène 23 voor elkaar gemaakt: Mattijsen tekent stapels manden; Ineke ontwerpt ze.
Mattijsen licht zijn ”Kolkata Plastics” (2016) met opgestapelde manden toe: „Calcutta is de meest overrompelende stad waar ik ooit verbleef. Ik woonde in een wijk waar op straat, in zelfgetimmerde kramen, huishoudelijke artikelen te koop waren. ’s Morgens om vijf uur werden de plastic stillevens met veel aandacht opgebouwd en laat in de avond weer afgebroken, elke dag opnieuw.”
De inspiratie voor Hans’ manden komt niet alleen uit het buitenland –zoals bij Mattijssen–, maar worden ook in het buitenland geproduceerd. „De manden en kruk ”Storage & Stools” worden gemaakt door boeren in Malawi die graag de vaardigheden van hun voorvaderen willen behouden. In de eerste plaats zijn ze landbouwers. Het gaat niet om mij, zij bepalen het tempo. Soms moet er geoogst worden en word ik op het tweede plan gesteld. Heel fijn”, schrijft Hans in de toelichting.
Bijna eng
„Soms werd het bijna eng, zoveel overeenkomsten als ze hebben”, zegt Van Lingen tijdens haar rondleiding. „Neem deze kannetjes, het ene stond bij Erik thuis, het andere bij Ineke. Het is toch alsof ze uit hetzelfde huis komen?”
Van Lingen wijst naar de tekening ”Noodgevallen” (2009) van Mattijssen. „Erik tekende een onbekend apparaat, zwart en duister met vage slangen eraan. Daarvóór staat op een bankje de zwarte tulpenvaas van Ineke, die wel op een ketel lijkt. Zij maakte die in 2002 en ze passen precies bij elkaar.” Zo lijkt het inderdaad alsof het werk van Mattijsen van de wand druipt en overgaat in de ontwerpen van Hans.
Romeinen
Op de benedenverdieping van Museum Het Valkhof is de Romeinenwerkplaats te zien. Een familietentoonstelling waarin je kennismaakt met het leven in een Romeinse stad en een Romeins legerkamp. Kinderen leren een boog bouwen zonder cement, mogen schieten met een katapult of kunnen een kleurrijk mozaïek maken. Reserveren is, in verband met de coronamaatregelen, voor het hele museum verplicht.
www.museumhetvalkhof.nl