Dat heeft de Amsterdamse commissie voor de politieklachten geconcludeerd. De commissie heeft zestien mensen in het gelijk gesteld die een klacht hadden ingediend over het gedrag van de ME, liet de gemeente Amsterdam zaterdag weten.

De aanhangers van FC Utrecht kwamen op 21 april 2002 aan op het treinstation bij de ArenA in Amsterdam. Bij het verlaten van het station riepen de fans massaal leuzen als „Hamas, Hamas, alle Joden aan het gas.” Burgemeester Cohen besloot toen tot het uitvaardigen van een noodbevel, waardoor 670 supporters van FC Utrecht terug naar huis werden gestuurd. De ME sloeg daarbij op de voetbalfans in om de groep terug te drijven van het stadion naar het station.

Veel supporters wisten niet dat er sprake was van een noodbevel. De ME stuurde zelfs een groep fans die al in het voetbalstadion zat terug naar Utrecht. Burgemeester Cohen neemt een groot deel van de conclusies van de klachtencommissie over. Op enkele punten wijkt Cohen echter af, aldus een woordvoerster. „In een aantal gevallen volgde het politiegeweld op het supportersgeweld.”

Ook klaagden supporters van FC Utrecht dat de betrokken ME’ers niet te identificeren waren. Cohen heeft een brief gestuurd naar minister Remkes van Binnenlandse Zaken om hierover advies te vragen. Voetbalsupporters hebben vaker geklaagd over de ’anonimiteit’ van de ME’ers. Het verzekeringsbedrijf van de gemeente gaat onderzoeken of de klagers in aanmerking komen voor een schadevergoeding.

De commissie voor de politieklachten concludeerde vorig jaar ook al dat de ME onnodig veel geweld had gebruikt tegen Feyenoord-fans na afloop van een wedstrijd tegen Ajax in maart 2002. Na het treffen in de ArenA raakten tientallen Feyenoord-supporters gewond toen ME’ers rake klappen uitdeelden met de wapenstok. Na het optreden van de ME deden bijna vijftig aanhangers aangifte van mishandeling of dienden een klacht in bij de commissie. Acht mensen kregen onlangs een schadevergoeding van de gemeente Amsterdam.