Berlusconi heeft de staatsfinanciën te gronde gericht en het prestige van Italië vernietigd, liet Prodi vrijdag in een open brief in het dagblad La Repubblica weten. Hij riep alle oppositiepartijen op zich te verenigen om Berlusconi’s centrumrechtse coalitie te verslaan. De toekomst van het land staat volgens Prodi op het spel.

Prodi heeft ambities om bij de parlementsverkiezingen van 2006 de verenigde oppositie te leiden. Hij was van 1996 tot in 1998 al eens premier van een centrumlinkse regering onder leiding van de door hem opgerichte Olijfboomcoalitie.

De omstreden zakenman Berlusconi smeedde in 2001 een centrumrechtse coalitie en is sindsdien premier. Zijn zakelijke belangen, vooral die in de media, en zijn soms ondiplomatieke optreden oogsten kritiek in binnen– en buitenland.

Prodi stelde dat Berlusconi geen grens kent tussen zijn privé–belangen en het publieke en nationale belang.

Prodi schrijft dat de vaak verdeelde oppositie nu de rangen moet sluiten in een politieke „Federatie van de Olijfboom". De leiding van deze organisatie zou voldoende autoriteit moeten krijgen. Zo kan worden voorkomen dat prominenten uit de deelnemende partijen met hun meningen, ambities en bedenkingen de eenheid en daadkracht van de coalitie ondermijnen. De regering onder leiding van Prodi ging daar destijds aan ten onder.

Prodi heeft voorts als EU–commissievoorzitter een interview gegeven aan het Franse dagblad La Croix. Daarin waarschuwt hij vrijdag dat er een fatale crisis dreigt voor „het politieke Europese project", indien de lidstaten van de Unie de Europese grondwet niet steunen.

Als één land de grondwet afwijst, valt er nog wel wat te regelen, maar het zou een tragedie zijn, als meerdere landen dat doen. Dat zou „een dodelijke crisis" betekenen.

Met het Nederlandse debat over normen en waarden heeft de scheidende commissievoorzitter kennelijk niet veel binding. Op de vraag of zo’n debat zinnig of verstandig is, antwoordt hij: „Het belangrijkste is de waarden die reeds in de grondwet staan, toe te passen in de politieke actie."

Prodi legde de nadruk bij die actie op sociale gerechtigheid. Hij is erg bezorgd over de steeds groter wordende sociale verschillen in Europa.

Werknemers krijgen relatief weinig voor hun arbeid en ze worden slechts tijdelijk ingehuurd. Veel overheden heffen bovendien veel belasting op inkomens uit arbeid en relatief weinig belasting op inkomens uit kapitaal. Voor hele generaties dreigt in Europa het betreden van de arbeidsmarkt een tragische gewaarwording te worden, waarschuwt Prodi.

Hij meende dat de flexibiliteit van de arbeidsmarkt wordt overdreven. Het is „een enorm gevaar" dat dit principe de regel wordt. Want werknemers hebben na verloop van tijd een inkomen en bescherming nodig die hen in staat stellen een pensioen op te bouwen. De 65–jarige Italiaan wordt eind oktober opgevolgd door de Portugees José Manuel Durao Barroso.