Buitenland

„Straf op mensenhandel is soms nog om te lachen”

Als Oostenrijks politicus en minister voor Vrouwenzaken was Helga Konrad er veel eerder dan haar collega’s in West-Europa van doordrongen dat mensenhandel een wereldprobleem is. Nu ze bij de OVSE (Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa) de speciale vertegenwoordiger voor mensensmokkel is, heeft ze de eer de kwestie in 55 hoofdsteden hoog op de politieke agenda te houden.

24 September 2004 10:48Gewijzigd op 14 November 2020 01:40
Helga Konrad
Helga Konrad

„Ik ben niet alleen een waakhond”, verzekert mevrouw Konrad in de hal van een duur hotel in Helsinki, waar ze gisteren en vandaag de scepter over een conferentie zwaait. „Ik ben meer een katalysator. Onze afdeling probeert het werk van 55 lidstaten te coördineren. Er is afgesproken de mensenhandel te bestrijden, maar het komt erop aan hoe dat in de praktijk vorm krijgt. Verder probeer ik bij te houden hoe de mensenhandel zich internationaal ontwikkelt.”

Wat zijn die laatste ontwikkelingen?
„Bijvoorbeeld dat de slachtoffers uit Oost-Europa steeds jonger zijn, soms nog maar kinderen. En dat Zuidoost-Europa minder dienst doet als doorgangsgebied. Voordat ik in mei werd benoemd als speciale vertegenwoordiger, gaf ik vanaf 2000 leiding aan een gezamenlijk stabiliteitspact van de OVSE en de EU op dit terrein. Vanuit die post hebben we aangedrongen op betere wetgeving in die landen, en dat werpt nu zijn vruchten af. En ook in deze gebieden is het een kwestie van goede samenwerking tussen regeringen en maatschappelijke organisaties.”

Valt er resultaat te boeken in de bestrijding van mensenhandel?
„Dat is moeilijk te zeggen. De netwerken reageren razendsnel op veranderingen in het overheidsoptreden. Ze zijn veel flexibeler dan democratische regeringen, die het parlement eerst om toestemming moeten bedelen. Enige tijd geleden verzekerde de OVSE-ambassadeur uit Malta mij dat er in zijn land geen mensensmokkel voorkwam. Maar onlangs ontving ik toch berichten over routes tussen Libië en Italië, waarin Malta als een doorvoerland functioneerde. Zo snel kunnen de zaken veranderen.”

„En als ik zeg dat Zuidoost-Europa minder aantrekkelijk wordt als transitregio, weet ik ook dat er in Turkije en op de Balkan nog steeds op grote schaal wordt gesmokkeld en dat de routes gewoon zijn verlegd. Er is dus nog niets opgelost. Een van de moeilijkheden is ook dat het soms weinig zin heeft een handelaar gevangen te zetten. Een ander neemt het gewoon over en doet het misschien nog beter. Het zijn wijdvertakte netwerken die in één keer moeten worden opgerold.”

Wat is het effect van de recente uitbreiding van de Europese Unie naar Oost-Europa?
Konrad twijfelt even. „De mensenhandel trekt zich weinig van grenzen aan. In die zin verandert er niets. Ik betwijfel wel of alle regeringen doordrongen zijn van de aard van het probleem. In alle hoofdsteden hoor je dat men illegale immigratie wil bestrijden, maar mensenhandel is een veel complexer probleem. Er zijn volgens Europol enkele duizenden criminele organisaties bij betrokken.”

Roemenië gold lang als een land waar veel meisjes voor de Nederlandse prostitutie vandaan kwamen. Je zou zeggen dat de handel en smokkel vanuit Roemenië toch eenvoudiger is geworden?
„Nee, dat kun je niet zo zeggen. Roemenië was al voor de toetreding tot de EU van herkomstland steeds meer een doorgangsland geworden. En als in dat land, wellicht door de EU, enige economische welvaart zal komen, zal het ook meer een doelland van mensenhandel worden. Dat laatste is het op kleine schaal nu al. Ook van andere Oost-Europese landen geldt dat ze de laatste jaren minder als herkomstland dienstdoen, maar meer als doelgebied.”

In Nederland is in 2000 het bordeelverbod opgeheven. Gelooft u dat dit bijdraagt aan de bestrijding van mensenhandel?
„In veel landen geldt prostitutie niet meer als een criminele bezigheid. Ik denk dat dit redelijk losstaat van de mensenhandel. Het gaat ons om de slachtoffers, die slechts voor een deel in de prostitutie komen. In de mensenhandel gaat het om waanzinnige schendingen van de mensenrechten. Het is een moderne slavernij, die we in de 21e eeuw niet mogen toestaan. De rest is voor mij theoretisch. In Finland en Zweden zijn sinds enige tijd de bezoekers van bordelen strafbaar. Ook daarvan moeten we maar afwachten of dat bijdraagt aan de bestrijding van mensenhandel.”

Wat wilt u bereiken op deze conferentie?
„Onder meer dat lidstaten intern hun structuren verbeteren. Vanmiddag had ik een gesprek op het Finse ministerie van Binnenlandse Zaken. Dit land wil een nationale coördinator instellen die door de regering wordt betaald, maar niet afhankelijk is van één ministerie. Mensenhandel is immers een heel complex probleem dat veel ministeries raakt. Ook gaat deze coördinator contacten onderhouden met maatschappelijke organisaties. Dit zijn precies de initiatieven die wij toejuichen. Nederland heeft bijvoorbeeld al zo’n nationaal rapporteur, die een jaarverslag maakt dat in het parlement wordt besproken.”

„Ook willen we allerlei zaken afstemmen. Zo moet bijvoorbeeld de kwaliteit van de slachtofferhulp in alle landen gelijk zijn. Verder mogen de straffen op mensenhandel niet te veel verschillen. In sommige landen is het werkelijk om te lachen. In een Midden-Europees land kreeg onlangs iemand 3,5 jaar cel opgelegd. Neem dan het Verenigd Koninkrijk, waar pas iemand voor 23 jaar de gevangenis in draaide. Mensenhandel is geen grapje.”

Abusievelijk werd in de krant van gisteren niet dit interview, maar een al eerder gepubliceerd artikel over de NAVO afgedrukt.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer