De terreurbeweging van de Jordaanse terrorist Abu Musab al-Zarqawi liet zaterdag weten dat twee door haar strijders ontvoerde Amerikanen en een Brit worden vermoord als niet alle vrouwelijke gevangenen die vastzitten in twee met name genoemde Iraakse gevangenissen binnen 48 uur worden vrijgelaten. De verklaring van de groep al-Tawhid wa al-Jihad en beelden van de geblinddoekte gijzelaars werden uitgezonden door de Arabische televisiezender Al-Jazeera. Later verschenen de beelden ook op een islamitische website.

De Iraakse interim-premier Iyad Allawi, op bezoek in Londen, en de Britse premier Tony Blair zeiden zondag dat hun beider regeringen nauw samenwerken om het drietal vrij te krijgen. De Iraakse minister van Buitenlandse Zaken, Hoshyar Zebari, zei in het BBC-televisieprogramma Breakfast with Frost dat zijn regering als stelregel heeft dat er niet wordt onderhandeld met terroristen. Er zou een zeer slecht precedent worden geschapen als tegemoet werd gekomen aan de eisen van ontvoerders, aldus Zebari.

Zaterdag zond Al-Jazeera een bandje uit van een tot dan toe onbekende Iraakse groepering die zei tien werknemers van een Amerikaans-Turks bedrijf in Irak te hebben ontvoerd. De groep, die zich de Salafisten Brigades van Abu Baqr Al-Siddiq noemt, zei dat de tien gijzelaars worden vermoord als het bedrijf niet binnen drie dagen zijn activiteiten in Irak staakt.

Zondag zonden Al-Jazeera en Al-Arabiya een bandje uit van de Italiaanse hulporganisatie Un Ponte per… (Een Brug naar…), waarin de ontvoerders van twee Italiaanse hulpverleensters en een Iraakse collega op het hart wordt gedrukt hun gijzelaars vrij te laten. Op het bandje wordt uitgelegd dat de vrouwen om menslievende redenen naar Irak zijn gekomen en niets te maken hebben met de bezetting van het land. Beide 29-jarige vrouwen werkten aan school- en waterprojecten.

Eveneens zondag maakte het Libanese ministerie van Buitenlandse Zaken bekend dat drie Libanezen en hun Iraakse chauffeur in Irak zijn ontvoerd. De vier werden vrijdagavond door gewapende mannen op de snelweg tussen Bagdad en Fallujah uit hun auto gehaald en meegenomen. Volgens het ministerie werken de drie Libanezen voor een reisorganisatie die in Bagdad een vestiging heeft. Minister Jean Obeid heeft de Libanese zaakgelastigde in Bagdad opdracht gegeven contact op te nemen met de Iraakse autoriteiten om te proberen de drie Libanezen vrij te krijgen, aldus de woordvoerder.

Tot dusverre zijn in Irak al rond de 120 buitenlanders ontvoerd, van wie een aantal door hun ontvoerders is vermoord.

Onder de ontvoerden zijn twee Franse journalisten, over wier lot nog altijd onduidelijkheid bestaat. Het Franse ministerie van Buitenlandse Zaken bevestigde zaterdag dat de Franse inlichtingendiensten berichten onderzoeken dat de journalisten Georges Malbrunot en Christian Chesnot, die op 20 augustus werden ontvoerd, zijn vrijgelaten. De vrijlating is gemeld op de islamitische website ”Islammemo”, die zich beroept op een verklaring van het Islamitisch Leger in Irak (IAI).

Volgens het internetmagazine ProcheOrient.Info, dat het bericht heeft gemeld, stond in de verklaring dat de vrijlating onderdeel was van een afspraak waarbij de twee journalisten verslag zullen doen van de activiteiten van het islamitisch verzet.

Wanneer de twee Fransen zouden zijn vrijgelaten, werd niet gezegd, wel „dat ze al vrij zijn, en geheel vrijwillig hun beroep uitoefenen in samenwerking met het Islamitisch Leger in Irak. Ze maken filmopnamen en verslaan de activiteiten van het verzet (…) waarna ze aan de ogen van de wereld zullen openbaren wat er in Irak gebeurt.”

Volgens de verklaring is de Syrische chauffeur van de journalisten niet vrijgelaten, maar wordt hij ervan beschuldigd dat hij de Franse journalisten heeft bespioneerd „in opdracht van de Amerikaanse bezetter” en wordt hij momenteel „berecht door een islamitische rechtbank.”

In de schaduw van de ontvoeringen van buitenlanders in en rond Bagdad speelt zich in de Noord-Iraakse stad Kirkuk een ander ontvoeringsdrama af. Het Amerikaanse leger schat dat tussen de dertig en de veertig Koerdische en Turkmeense kinderen uit Kirkuk zijn ontvoerd door soennitische Arabieren die ten westen van de stad wonen. De bendes houden de kinderen vast in dorpen. Sommige ouders hebben hun kinderen vrij weten te kopen, andere kinderen zijn nog in handen van hun ontvoerders.

De Iraakse politie en het Amerikaanse leger hebben bewijzen tegen vijf bendeleden verzameld en zullen de rechter vragen deze mannen aan te houden, zei de Amerikaanse majoor Mario Diaz.

Sinds de val van Saddam Hussein worden overal in Irak mensen ontvoerd en veel Irakezen klagen dat alleen de buitenlandse gijzelaars aandacht krijgen, terwijl er veel meer Irakezen worden ontvoerd. Bij de Iraakse gijzelaars is meestal geldelijk gewin het motief.

De ontvoeringen in Kirkuk wekken extra zorg, omdat ze etnisch zijn gemotiveerd. De stad kent vier hoofdgroepen van bewoners: Arabieren, Koerden, Turkmenen en Assyrische christenen. Na de val van Saddam zijn de spanningen opgelopen doordat Koerdische en Turkmeense vluchtelingen met tienduizenden tegelijk naar de stad terugkeren en hun huis terug eisen, dat vaak is ingenomen door Arabische kolonisten.

Diaz zei dat Arabische ouders ook hebben geklaagd over ontvoeringen door Koerden, maar dat bewijzen daarvoor ontbreken. Alleen de geruchten veroorzaken echter al frictie, wat weer leidt tot verdere destabilisering.

Diaz zei dat het leger en de Iraakse politie de kidnapbendes willen proberen te pakken voordat over twee weken het nieuwe schooljaar begint.

Een militante islamitische groepering heeft naar eigen zeggen achttien Iraakse leden van de Nationale Garde ontvoerd. Volgens de Arabische nieuwszender Al-Jazeera heeft de groep gedreigd de Irakezen te vermoorden als de autoriteiten niet binnen 48 uur de vrijlating gelasten van een zondag opgepakte medewerker van Muqtada Al-Sadr.

Een zondag op een extremistische website verschenen video-opname toont de onthoofding van drie Iraakse Koerden, die, zo zeggen hun gijzelnemers, worden afgestraft omdat zij met de Amerikaanse troepen in Noord-Irak hebben gecollaboreerd.

De groep die zegt de onthoofding van de drie jonge mannen, leden van de Koerdische Democratische Partij (KDP), vootr haar rekening te hebben genomen, noemt zich het Ansar al-Sunna Leger.