„Hoe meer kennis, hoe meer smart”
Kritische kamerleden en ambtenaren verweten oud-minister Netelenbos van Verkeer de afgelopen weken dat zij de Kamer niet voldoende heeft geïnformeerd over de kostenoverschrijdingen bij de Betuweroute en de hogesnelheidslijn-zuid. Donderdag bleek ze nog steeds moeite te hebben met het verschaffen van volledige openheid van zaken.
Voorzitter Duivesteijn van de tijdelijke commissie infrastructuurprojecten (TCI) trok nog niet eerder zo veel tijd voor een verhoor uit. Drie uur lang zou hij en zijn commissieleden Netelenbos aan een spervuur van vragen onderwerpen. Een belangrijk deel van het gesprek was gewijd aan een tegenvaller van 600 tot 800 miljoen gulden bij de aanleg van de hogesnelheidslijn. De accountantsdienst van Verkeer en Waterstaat meldde dit bedrag in 2001 aan de minister. Die wilde echter niets weten van kostenoverschrijdingen onder haar bewind. De Kamer kreeg er niets over te horen.
Duivesteijn vindt dat niet kunnen. „De procedureregeling grote projecten schrijft toch voor dat dreigende tegenvallers en de oplossingen daarvoor aan het parlement worden gemeld”, houdt de PvdA’er zijn partijgenoot Netelenbos voor. Die wast haar handen in onschuld. „Waarom zouden wij die cijfers aan de Kamer melden als ze niet hard zijn?”, werpt de ex-bewindsvrouw tegen. „Per week en per kerende post veranderden die cijfers.” Ambtenaren konden het onderling niet eens worden over de kostenoverschrijding, betoogt Netelenbos.
Toch wil Duivesteijn weten waarom ze de cijfers niet aan de Kamer meldde. „Ik vind het ook kinderachtig hoor, dat we het hier over moeten hebben”, probeert hij Netelenbos te verleiden. „Maar de Kamer zou er toch van moeten weten?”
De oud-minister wordt fel. „Voorzitter, u doet afbreuk aan mijn poging om de spanningen toe te lichten. De accountant, met zijn eed en al, is verantwoordelijk voor zijn eigen stuk. In de tiende voortgangsrapportage heb ik wel degelijk gemeld dat er problemen waren.”
Netelenbos bijt in het verhoor stevig van zich af. De commissieleden krijgen amper de kans om vragen te formuleren. Vrijwel iedere keer onderbreekt de oud-minister de vragensteller. „Ja, maar”, of: „Nee, maar” klinkt het steevast van tegenover de commissie. Het verhoor sleept zich daardoor moeizaam voort.
De TCI wil ook van Netelenbos horen waarom ze de Kamer niet heeft gemeld dat er zo’n groot verschil zat tussen de raming voor de bouw van de hsl-zuid (3,9 miljard gulden) en de offerte van de aannemers (5,7 miljard gulden). De Haagsche Courant maakte deze geheime informatie openbaar.
Netelenbos deed dat niet. Zelfs in een vertrouwelijke briefing van de Kamer ontkende de bewindsvrouw dat er een verschil zat tussen raming en offerte. Waarom, wil commissielid Aptroot weten. „We gingen toch opnieuw aanbesteden”, aldus Netelenbos. „Dan zouden de aannemers wel schrikken en met reële getallen komen. Wij vonden de offerte zoiets geks, dat moest goed komen.”
In afwachting daarvan liet ze de Kamer onwetend. Netelenbos heeft daarover een andere lezing. „Het was bekend dat we opnieuw wilden aanbesteden. Dat was echt ons doel.” De commissieleden herinneren zich daar echter niets van. De Kamer wist van niks en was zeker niet officieel ingelicht.
Bij een later vertrouwelijk overleg met de Kamer vertelde Netelenbos slechts halve waarheden. Ze hield het parlement voor dat de offertes weliswaar hoger waren dan de ramingen, maar dat de overschrijding binnen een marge van 10 procent zouden blijven. „Hoe komt u daarbij”, vraagt Aptroot. Netelenbos is even van haar stuk gebracht. „Ja, daar vraagt u me wat. Dat weet ik niet meer.”
Na ruim vier uur verhoren rondt de commissie af. Netelenbos grijpt haar kans om Nederland de waarheid te vertellen. Ze betoogt vol vuur dat ons land trots moet zijn op de hsl-zuid. De kostenoverschrijdingen vallen volgens haar reuze mee. „Ik ken geen overheid die zo knap binnen de perken is gebleven”, slaat Netelenbos zichzelf op de borst.
Het parlement hoeft niet alles te weten, vindt ze nog steeds. „Openheid van zaken geven in het parlement gaat niet samen met onderhandelingen met marktpartijen.” Zeker niet als er kamerleden zijn die contacten onderhouden met bouwbedrijven, stelt Netelenbos. Met een bijbelse wijsheid maakt ze korte metten met iedere vorm van tegenspraak: „Hoe meer kennis, hoe meer smart.”