Gered na acht dagen op zee
De kustwacht in het Britse Cornwall heeft woensdag vijf mensen gered die al acht dagen op een reddingsboot zaten.
Toen het schip water begon te maken, zonden de vijf opvarenden een reeks noodsignalen uit, schoten ze vuurkogels af en staken rubberbanden in brand op het dek. Toen redding uitbleef, besloten ze hun 18 meter lange schip in brand te steken en zelf de opblaasbare reddingssloep op te zoeken. Maar ook de grote scheepsbrand werd niet opgemerkt, zodat de vijf schipbreukelingen in hun opblaasbootje niets anders restte dan wachten. Het zou acht dagen duren eer ze er alsnog in slaagden de aandacht te trekken.
Dit overkwam een groep van twee Britten, een Australiër en een Fransman. Ruim een week geleden begonnen ze in Kenmare Bay in het zuiden van Ierland aan een oversteek naar Cherbourg in het Franse Bretagne. Al na een dag werd duidelijk dat het mis ging, maar ze slaagden er niet in de kustwacht te bereiken. Drie dagen nadat de bemanningsleden tevergeefs hadden geprobeerd alarm te slaan, werd het schip als vermist opgegeven. De kustwacht van Ierland, Frankrijk, Groot-Brittannië en de Kanaaleilanden Guernsey en Jersey zette een zoekactie op touw, maar die leverde niets op.
Door toeval konden de opvarenden woensdag alsnog alarm slaan. Het bootje was terechtgekomen in een gebied met gsm-ontvangst, zodat een simpel telefoontje naar de alarmdienst volstond om een reddingsbrigade aan het werk te zetten.
Volgens de Britse kustwacht is het best bijzonder dat de vijf weliswaar onderkoeld en hongerig waren, maar het er voor het overige zonder kleerscheuren vanaf hebben gebracht. Het voedsel en het water dat ze op hun reddingsboot hadden meegebracht, was woensdag net op. Bovendien was het weer in het gebied waar ze ronddobberden de afgelopen week behoorlijk stormachtig.