Dodental Amerikanen in Irak nu boven 1000
Het aantal Amerikaanse militairen dat in Irak is omgekomen sinds het begin van de invasie vorig jaar, overschreed dinsdag het symbolische getal 1000. „Dit is zonder twijfel een groot verlies, maar ons land is veiliger dan het was vóór de invasie vorig jaar”, aldus minister van Defensie Donald Rumsfeld in een eerste reactie.
„Wanneer je Irak niet geïsoleerd bekijkt maar als onderdeel van onze bredere strijd tegen het internationaal terrorisme, dan hebben wij al meer mensen verloren als je de slachtoffers van de andere strijdtonelen als Afghanistan daarbij optelt”, aldus Rumsfeld. De bewindsman verwacht meer geweld in Irak en Afghanistan nu deze beide landen afstevenen op verkiezingen.
Generaal Richard Myers, voorzitter van de verenigde chefs van staven, zei dinsdag dat het aantal aanvallen op Amerikaanse patrouilles in Irak de laatste weken belangrijk was toegenomen. De Amerikanen hopen dat betere training van het nieuwe Iraakse leger en nieuwe uitrusting deze golf van geweld kunnen terugdringen. „Een belangrijk deel van onze strategie is betere training en beter materiaal voor het Iraakse leger om dit geweld terug te kunnen dringen”, aldus Myers.
Dit zijn ook de elementen die het Iraakse leger moeten helpen om steden als Fallujah weer onder de controle van Bagdad te brengen. Men erkent in Washington dat sommige delen van Irak momenteel worden gecontroleerd door tegenstanders van de nieuwe Iraakse regering. Het gaat hier niet alleen om de aanhangers van de sjiiet Moqtada al-Sadr maar ook om soennitische tegenstanders van het nieuwe bewind. Fallujah is volgens Amerikaanse inlichtingenbronnen een vrijhaven voor tegenstanders van het nieuwe regime en van de Amerikaanse militaire aanwezigheid in Irak.
President Bush reageerde dinsdag niet direct op de laatste ontwikkelingen in Irak. Witte Huis-woordvoerder Scott McLellan reageerde wel. „Wij betreuren en eren het verlies van al diegenen die het hoogste offer hebben gebracht om onze vrijheid te verdedigen. Wij herinneren ons ook diegenen die hun leven verloren op 11 september 2001”, aldus McLellan. Hij verbond op die manier de septemberaanslagen met Irak, een verband dat door de inlichtingendienst CIA en door de onafhankelijke septembercommissie nadrukkelijk is ontkend.
Democratisch presidentskandidaat senator John Kerry sprak van een „tragische mijlpaal” in de oorlog in Irak. Hij beschuldigde president Bush ervan deze oorlog gewild te hebben. „Het was zijn keuze en vandaag de dag betaalt heel Amerika daarvoor de prijs”, aldus Kerry.
De Democratische presidentskandidaat probeert het met een agressievere aanpak, nu hij in de laatste opiniepeilingen achter raakt op president Bush. Die verdedigde zijn beleid in Irak en Afghanistan. „Wij helpen de nieuwe leiders daar om hun land te verdedigen en verkiezingen te organiseren. Wij zetten hen zo snel mogelijk op het pad naar stabiliteit en democratie”, aldus Bush.