Ds. H. de Graaf (CGK) vijftig jaar predikant
In het leven van een christen is volharding belangrijk, vindt ds. H. de Graaf. „Wie volhardt tot het einde, het heerlijke einddoel, zal zalig worden.” De christelijke gereformeerde predikant uit Harderwijk staat dinsdag vijftig jaar in het ambt.
Het gesprek vindt plaats in de Ichthushof, een ruimte in de Ichthuskerk te Urk. Ds. De Graaf is aan deze kerk verbonden als pastoraal werker. Nu er momenteel twee predikantsvacatures zijn, wordt hij gezien als dé predikant.
Het tijdstip voor het interview is omgeven door moeite en verdriet. Vorige week zijn er twee baby’s overleden: een meisje in de moederschoot, een paar dagen voor de bevalling, en een jongetje van zes dagen oud. Deze week zijn de begrafenissen. „Hier wen ik nooit aan”, zegt de emeritus predikant.
Een paar weken geleden overleed er een ander kind in de Urker gemeente. Het was drie jaar en kwam om door een verkeersongeval. „Ik ging met lood in mijn schoenen naar de familie toe, maar ik ben wonderlijk gesterkt. De ouders vertelden dat ze hun kind als een geschenk van God hadden ontvangen en dat ze het weer terug moesten geven aan hun hemelse Vader. Tijdens de rouwdienst legden de ouders daarvan een kort getuigenis af. Ik heb toen gesproken over Jesaja 40:11: „Hij zal de lammetjes in Zijn armen bijeenbrengen en in Zijn schoot dragen.””
Op de rouwkaart hadden de ouders een afbeelding van de regenboog laten plaatsen, als teken van Gods trouw. Ds. De Graaf: „Op de dag van de begrafenis stond er een regenboog over Urk. Tijdens de plechtigheid was de regenboog opnieuw te zien; er ging een getuigenis van uit. We belijden met de Dordtse Leerregels dat godzalige ouders niet moeten twijfelen aan het behoud van hun vroeg gestorven kind.”
Bekering
Het afgelopen seizoen deden dertig jongeren in de gemeente belijdenis. Het komende jaar zijn dat er naar verwachting ongeveer evenveel. „Een aanzienlijk deel van hen getuigt vrijmoedig van een persoonlijk geloof.”
Ook in vorige gemeenten kwamen mensen tot bekering. Zoals die jongen die hij in het ziekenhuis bezocht en een boekje gaf. „Hij vertelde me tientallen jaren later dat het door God gebruikt was tot zijn bekering. Het was niet mijn werk.”
Over het werk van God heeft hij nog een verhaal. „In een van mijn vorige gemeenten was de catechisatie op een avond afgelast vanwege sneeuwval en gladheid. Laat er ‘toevallig’ juist die avond een verslaafde bij me thuis op bezoek komen. De man was onkerkelijk en verkeerde in grote nood. Ik heb naar hem geluisterd en hem raad gegeven vanuit Gods Woord. Later vertelde hij me dat hij een geloofsrelatie met de Heere gekregen had en een trouwe kerkganger geworden was.”
Jubileumdienst
In Urk en Opperdoes, de laatste gemeente die ds. De Graaf diende, vinden op 3 november een jubileumdienst plaats. De predikant is van plan om te preken over volharding. Als tekst heeft hij de geschiedenis van het sterfbed van Elisa gekozen, en wel het moment dat koning Joas drie keer met pijlen op de grond slaat.
Ds. De Graaf: „Dat was een slappe houding van koning Joas. Je moet niet slap zijn, maar volharden tot het einde. Dat geldt niet alleen voor gemeenteleden, maar ook voor predikanten, op wie de duivel zijn pijlen net zo goed richt. Maar Jezus heeft beloofd dat wie zal volharden tot het einde, zalig zal worden.”
Dat houdt volgens de predikant in: blijven bidden, vasthouden aan de rechte leer van Gods Woord, en Gods geboden houden. „Gods Woord is de waarheid. Je kunt het Woord niet losmaken van Christus en Christus niet van het Woord. Het Woord mag niet aangepast worden aan onze wensen.”
Ds. H. de Graaf
Hugo de Graaf wordt geboren in Zutphen op 5 oktober 1942. Hij studeert theologie in Apeldoorn en wordt op 22 oktober 1969 door zijn vader bevestigd tot predikant van de christelijke gereformeerde kerk in Maarssen. Daarna staat hij in ’s-Gravenzande (1976), Drogeham (1985), Harderwijk (1992) en Opperdoes (2003). Ds. De Graaf is in 1981-1982 legerpredikant, met als standplaats Oirschot. Sinds zijn emeritaat in 2008 is hij pastoraal werker van de Ichthus-gemeente te Urk. Hij doet ook pastoraal werk in de gemeente van Sint Jansklooster.