Ras al-Ain, dat aan de grens met Turkije ligt, is omsingeld door Turkse troepen en pro-Turkse strijders. Die trokken Syrië eerder deze maand binnen om Syrisch-Koerdische strijders te verjagen uit het grensgebied. Turkije ziet hun YPG-militie, die onderdeel uitmaakt van de SDF, als een verlengstuk van Koerdische opstandelingen in eigen land.

Inmiddels zijn Turkije en de Verenigde Staten een wapenstilstand overeengekomen die tot dinsdag moet duren. Dat moet de Syrisch-Koerdische strijders de tijd geven om het gebied te verlaten waar Turkije een bufferzone wil instellen. De Turkse president Erdogan waarschuwde dat het offensief hervat zal worden als de Koerden zich niet tijdig hebben teruggetrokken.

Een journalist zag zondag hoe tientallen voertuigen vertrokken uit Ras al-Ain, waaronder ook ambulances. Die zouden gewonden vervoeren en strijders van de SDF. Pro-Turkse strijders lieten toen weten dat zich nog veel SDF-strijders bevonden in de stad, maar die militie zegt nu dat het zich helemaal heeft teruggetrokken.

De SDF speelde een hoofdrol bij de strijd tegen terreurgroep Islamitische Staat. De militie werkte toen nauw samen met de Verenigde Staten. President Donald Trump maakte deze maand echter onverwachts bekend dat Amerikaanse militairen worden teruggetrokken uit het grensgebied met Turkije. Daarmee maakte hij volgens critici de weg vrij voor het Turkse offensief.