Russisch hof: proces tegen militairen in Tsjetsjenië moet over
De militaire afdeling van het Russische hooggerechtshof heeft donderdag de vrijspraak van vier officieren die verdacht werden van de moord op zes burgers in Tsjetsjenië wegens vormfouten bij de samenstelling van de jury ongedaan gemaakt. Het hof verwees de zaak voor een nieuw proces met nieuwe rechters terug naar het militaire tribunaal voor de Noord–Kaukasus.
De officieren stonden terecht wegens het doodschieten van de chauffeur en vijf inzittenden van een vrachtwagen die in januari 2002 langs hun positie in Tsjetsjenië was gereden. Zij werden in april vrijgesproken omdat zij geen regels hadden overtreden. Militaire aanklagers namen het beroep over dat advocaten van de nabestaanden van de slachtoffers tegen de vrijspraak aantekenden.
Mensenrechtengroepen beschuldigen Russische militairen dikwijls van wreedheden tegen de bevolking in Tsjetsjenië, maar het komt zelden voor dat militairen daar voor worden vervolgd. Het militaire tribunaal voor de Noord–Kaukasus sprak eerder ook Joeri Boedanov vrij, een kolonel die een 18–jarig Tsjetsjeens meisje ontvoerde en vermoordde. Het tribunaal achtte Boedanov wegens een tijdelijke verstandsverbijstering niet toerekeningsvatbaar, maar het hooggerechtshof draaide die uitspraak terug en vorig jaar werd Boedanov tot tien jaar gevangenisstraf veroordeeld.
