IMF negatiever over groei economie Nederland
Het Internationaal Monetair Fonds (IMF) heeft zijn groeivoorspelling voor de Nederlandse economie wederom verlaagd. Ook de prognoses van de wereldeconomie als geheel zijn naar beneden bijgesteld. Volgens het fonds begint de handelsoorlog steeds meer zijn tol te eisen.
Het IMF denkt dat de Nederlandse economie volgend jaar nog maar met 1,6 procent vooruitgaat. Bij de vorige raming in april voorzag het fonds voor 2020 nog een plus van 1,7 procent. De prognose voor dit jaar blijft staan op 1,8 procent groei.
In zijn voorjaarsraming was de organisatie al beduidend somberder geworden over de economische vooruitzichten voor Nederland. Overigens is het fonds nog wel een tikkeltje positiever dan het Centraal Planbureau (CPB) dat in 2020 slechts 1,5 procent groei voorziet, na 1,8 procent groei dit jaar.
Wereldwijd hakt de handelsoorlog er steviger in. Waarschijnlijk neemt de wereldeconomie dit jaar nog maar 3 procent in omvang toe, wat volgens het IMF de minste groei is in jaren. Volgend jaar bedraagt de vooruitgang waarschijnlijk 3,4 procent. In beide gevallen is dit meerdere procentpunten minder dan het fonds eerder nog voor mogelijk hield.
IMF-econoom Gita Gopinath wijst op de sterke verslechtering van de productieactiviteit en de wereldhandel. Volgens haar is er bovendien sprake van veel onzekerheden, ook rond de brexit. Dit is schadelijk voor de investeringen. Daarnaast gaat de auto-industrie door een moeilijke periode, aldus Gopinath.
Dat laatste speelt vooral in Duitsland, waarover het IMF flink negatiever is geworden. De Duitse economie moet het volgend jaar waarschijnlijk met 0,5 procentpunt minder groei doen dan eerder voorspeld. Het IMF denkt daarnaast dat het door de brexit geplaagde Verenigd Koninkrijk dit jaar een 0,1 procentpunt lagere groei laat zien dan verwacht.
Om de vele risico’s zo veel mogelijk voor te zijn en de economische groei meer aan te jagen zijn in de ogen van Gopinath maatregelen van overheden nodig. In haar toelichting herhaalde ze een eerder pleidooi van het IMF dat landen als Nederland en Duitsland extra geld moeten steken in onderzoek en infrastructuur.