Steeds meer Syriërs op de vlucht voor geweld
Het aantal mensen dat in Noord-Syrië op de vlucht is geslagen na de inval van Turkije, is opgelopen naar 130.000. Dat melden de Verenigde Naties. De VN vreest dat nog eens 400.000 mensen de komende tijd huis en haard moeten verlaten.
Het Turkse leger bestookt zondag voor de vijfde dag achtereen stellingen van Koerdische milities in het noorden van Syrië. Zondag veroverde het Turkse leger de Syrische stad Suluk, niet ver van voormalig IS-bolwerk Raqqa, op de Koerden.
Turkije voert luchtaanvallen uit op plekken waar militairen van de YPG zouden zitten. Turkije zegt dat het tot nu toe 480 Koerdische strijders heeft gedood. Ook zouden er tientallen burgerdoden zijn gevallen.
De Verenigde Staten en Rusland hebben er bij Turkije op aangedrongen om zich in te houden en de situatie niet te laten escaleren. De Amerikaanse president Donald Trump heeft afgelopen week gedreigd de Turkse economie „weg te vagen” als ze geweld zouden gebruiken tegen de Koerden in Syrië.
Veel landen, waaronder Nederland overwegen sancties tegen Turkije. „Nederland wil wel dat dit in bondgenootschappelijk verband gebeurt”, zei minister Sigrid Kaag van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking donderdag.
Een meerderheid van de Kamer steunt een voorstel dat het kabinet vraagt binnen de Europese Unie actief te gaan pleiten voor „stevige sancties” tegen Turkije. Het kan dan bijvoorbeeld gaan om financiële sancties, bevriezen van wapenleveranties en strafmaatregelen gericht tegen individuele Turken.