Seoul schrapt inlichtingendeal met Japan
Zuid-Korea zet een streep door een overeenkomst met Japan over het uitwisselen van militaire inlichtingen. De Japanse minister van Buitenlandse Zaken Taro Kono noemt dat besluit „zeer betreurenswaardig”. Hij zegt dat de Zuid-Koreaanse ambassadeur op het matje wordt geroepen.
De Aziatische landen, die belangrijke bondgenoten zijn van de Verenigde staten, zijn al geruime tijd verwikkeld in een diplomatieke ruzie. Die begon toen Zuid-Koreaanse rechtbanken oordeelden dat Japanse bedrijven alsnog schadevergoedingen moeten betalen voor het inzetten van dwangarbeiders tijdens de Tweede Wereldoorlog. Japan reageerde woest en sindsdien namen de landen een reeks maatregelen tegen elkaar.
De relatie dreigt nog verder te verslechteren nu Zuid-Korea uit de GSOMIA-overeenkomst stapt. „Het handhaven van dit akkoord, dat is bedoeld om het uitwisselen van gevoelige militaire informatie te faciliteren, is niet langer in ons nationaal belang”, aldus een Zuid-Koreaanse overheidsfunctionaris.
De inlichtingenovereenkomst stamt uit 2016 en is met Amerikaanse steun tot stand gekomen. Het verdrag maakte het makkelijker inlichtingen uit te wisselen over Noord-Korea. Het nucleaire en raketprogramma van dat geïsoleerde land zorgt in de regio voor veel onrust.