Verpleegkundige: Wet BIG-2 leidt tot sterfte patiënten
Veel verpleegkundigen zijn verontrust over een nieuwe wet die in de maak is. De overgangsregeling zou niet in orde zijn. Een verpleegkundige uit de psychiatrie en een uit het ziekenhuis hopen van harte dat de wet BIG-2 er in zijn huidige vorm niet komt.
„Mijn naam is Estella Horstink (41). Ik werk al vanaf mijn zeventiende in de psychiatrie, sinds 2003 als psychiatrisch verpleegkundige bij een ggz-instelling in de randstad. De wet die er nu ligt, vind ik een blamage. De verpleegkundigen worden erdoor geschoffeerd en ik voorzie dat het de patiëntenzorg gaat raken. Ik ben er niet op tegen dat er onderscheid moet komen tussen verpleegkundigen met een hbo-achtergrond en degenen die dat niet hebben. Het ís krom dat beiden nu hetzelfde verdienen. Maar de overgangsregeling deugt niet.
Ik ben inservice-opgeleid, binnen de instelling. Als de wet doorgaat, betekent dat dat ik mijn werk dat ik al twintig jaar doe niet meer mag doen. Ik moet de schoolbankjes in om mijn diploma voor hbo-v te halen. Dat is een degradatie en ik ga dat waarschijnlijk niet doen. Los daarvan is de opleiding hbo-v veel te algemeen en onvoldoende toegespitst op mijn dagelijkse werkzaamheden. Mijn vak bestaat grotendeels uit het verlenen van hoogcomplexe zorg. Risico’s taxeren –zoals het inschatten van suïcidaliteit– en omgaan met psychotische en manische patiënten, leer je niet uit een boekje. Mijn vak krijg je pas in de vingers als je je papiertje al lang en breed op zak hebt.
Toen ik voor het eerst van de wet hoorde, maakte ik me nog niet zo’n zorgen. Maar toen minister Bruins in juni de Tweede Kamer informeerde, nam bij mij en mijn collega’s de onrust toe. Waarom we niet eerder aan de bel trokken? Omdat wij onvoldoende geïnformeerd zijn en onze beroepsgroep zich kenmerkt door gelatenheid. Verpleegkundigen gaan niet snel de barricaden op, maar willen patiënten helpen. Velen zijn ook veranderingsmoe door de vele bureaucratische rompslomp die op ons is afgekomen sinds de zorgverzekeraar het voor het zeggen kreeg.
De wet is voorbereid door een commissie waarin geen verpleegkundige zat. De invoering gaat in de praktijk niet werken. Ik vind daarom dat de wet van tafel moet. De politiek moet het regelen van functiedifferentiatie overlaten aan werkgevers en organisaties als GGZ Nederland. Alleen dan is er draagvlak.”
„Ik ben Paula Groenendijk (62), en ik werk al 44 jaar in het Leids Universitair Medisch Centrum, waarvan 40 jaar op de gynaecologie. Het huidige wetvoorstel betekent voor mij als inservice-opgeleide dat ik me op mijn 63e moet gaan inschrijven voor de opleiding hbo-v. Drie jaar later ben ik dan klaar. Vervolgens mag ik met pensioen.
Ik vind de wet absurd. Niet in de eerste plaats omdat het mezelf raakt, maar omdat ik denk dat het voor patiënten tot grote problemen gaat leiden. Als wij de –vaak hoogcomplexe– zorg niet meer kunnen geven, wie dan wel? Veel ziekenhuizen zullen de vraag niet meer aankunnen en dan gaan patiënten cru gezegd dood.
In de voorgestelde overgangsregeling wordt een knip gemaakt tussen verpleegkundigen die voor en na 2012 zijn opgeleid aan een hogeschool. De eersten kunnen door extra scholing of toetsing regieverpleegkundige worden, de laatsten worden het automatisch. Van mijn dertig collega’s is er niemand die regieverpleegkundige wil worden. Eentje gaat zelfs al een docentenopleiding volgen. „Ik wacht de ontwikkelingen niet eens af”, zei ze. Moet dan zo’n jong wijfie de groep gaan aansturen? Moet zo’n jonkie met weinig ervaring een patiënt gaan vertellen hoe we met zijn ziekte omgaan of hem begeleiden na een slechtnieuwsgesprek? Oudere verpleegkundigen doen dat al jaren.
De mensen die deze wet hebben bedacht, denken dat niet-hbo’ers achtergebleven typetjes zijn en zijn bezorgd over de zorg die complexer is geworden. Het lijkt erop dat ze –onze beroepsvereniging V&VN incluis– weinig beeld hebben bij ons werk. Zo vergeten ze dat wij cursus na cursus volgen om bij te blijven. Menig keer behoeden we artsen voor ernstige fouten, zoals medicatie die in een verkeerde dosering wordt voorgeschreven.
Het is terecht dat er onderscheid moet komen tussen werkzaamheden en salaris van mbo’ers en hbo’ers. Daarom vind ik het goed dat er wordt nagedacht over functiedifferentiatie. Maar de overgangsregeling moet soepeler. Schaal mensen die al jaren verpleegkundige zijn in als hbo’er en maak de knip in 2019 in plaats van 2012. Dan weten toekomstige verpleegkundigen waar ze aan toe zijn.”