EU-top eindigt verrassend
De Europese leiders hebben dinsdagavond de Duitse minister Ursula von der Leyen voorgedragen als voorzitter van de Europese Commissie. Haar naam is een verrassing. De EU-top kon het niet eens worden over de meer voor de hand liggende namen.
Voor premier Rutte werd de EU-top een teleurstelling. De Nederlandse regering had haar zinnen gezet op de PvdA’er Frans Timmermans. Vanaf 2014 is hij vicevoorzitter van de Europese Commissie. Voor Den Haag zou het mooi zijn als een Nederlander een paar jaar het uithangbord van de EU zou zijn.
Maar deze vlieger ging niet op. De leiders Polen en Hongarije organiseerden een vrij breed front tegen Timmermans. De PvdA’er gaf de afgelopen jaren leiding aan het verzet van de Europese Commissie tegen de hervorming van de rechterlijke macht in Polen en Hongarije. Dat heeft veel kwaad bloed gezet. Daarnaast ligt de Nederlander niet goed vanwege zijn pleidooi voor ”meer Europa” en zijn progressieve ideeën over het homohuwelijk.
Met zijn uitgesproken standpunten heeft Timmermans zijn hand de afgelopen jaren dus overspeeld. Een EU-functionaris kan dus wel ferm optreden, maar zijn garantie op een tweede termijn neemt dan wel af.
Catshuis
De Nederlandse regering heeft zo lang mogelijk vastgehouden aan Timmermans, hoewel de PvdA niet in de regering zit. Maandagavond nog praatte premier Rutte zijn coalitiegenoten in het Catshuis bij over de stand van zaken in Brussel.
Al in een eerder stadium was duidelijk dat de Duitse kandidaat, de christendemocraat Manfred Weber, het niet zou redden. Die stuitte op verzet van de Franse president Emmanuel Macron. Volgens diverse bronnen kwam Macron toen met de naam van Von der Leyen. In het verleden werd zij wel genoemd als Duitse bondskanselier, maar niet voor de Europese Commissie.
Met deze uitkomst hebben de EU-leiders de zogeheten Spitzenkandidaten gepasseerd. In 2014 waren de partijen erin geslaagd om een Europese lijsttrekker te presenteren. De lijsttrekker van de grootste partij, de christendemocraat Jean-Claude Juncker, is toen voorzitter van de Europese Commissie geworden.
De 28 EU-leiders hebben de namen van de Spitzenkandidaten wel als vertrekpunt genomen, maar zijn er gaandeweg toch van afgeweken. Hiermee is onduidelijk geworden of het systeem van Spitzenkandidaten wel toekomst heeft.
De uitkomst illustreert waar de macht in Europa ligt: bij de leiders van de nationale regeringen en niet bij de partijen.
Toch is de macht van de EU-top niet absoluut. De voordrachten voor de Commissie moeten door het Europees Parlement worden goedgekeurd. De hoorzitting voor de kandidaten kan enorm tegenvallen. Het is inmiddels gewoonte geworden dat het EP ten minste één kandidaat afwijst.
Nu al is duidelijk dat de sociaaldemocratische S&D in het Europees Parlement zich zeer kritisch zullen opstellen tegenover Von der Leyen. In Duitsland noemt de SPD haar de „zwakste minister”.
In het EP zijn de verhoudingen na de verkiezingen van 23 mei ook veranderd. Voorheen hadden de christendemocratische EVP en de sociaaldemocratische S&D meer dan de helft van de zetels en konden ze veel samen beslissen. Maar ze konden elkaars voorkeuren dus ook blokkeren. Als de S&D echt tegen Von der Leyen wil stemmen, zal de EVP de steun veel andere groepen moeten werven.
Lubbers
De hele episode van de afgelopen dagen doet denken aan de mislukte kandidatuur van de Nederlandse premier Lubbers in 1994. Hij stond toen tegenover de Belgische premier Dehaene. De keus tussen die twee verdeelde Europa –van toen nog twaalf lidstaten– zo dat tijdens de top een nieuwe kandidaat moest worden gezocht. Dat werd de Luxemburgse premier Santer.