Weinig vooruitgang in veiligheidssituatie in Darfur
De speciale VN–gezant voor Sudan, de Nederlandse oud–minister Jan Pronk, heeft zondag zijn bezorgdheid uitgesproken over het gebrek aan vooruitgang in de veiligheidssituatie in Darfur. Arabische milities (Janjaweed) terroriseren al maandenlang de boerenbevolking in deze regio.
Hierbij kwamen al 30.000 mensen om het leven, aldus de VN. Zeker 1,2 miljoen mensen zijn op de vlucht geslagen.
Pronk „uitte bezorgdheid over het gebrek tot nu toe aan vooruitgang op de grond en over het feit dat de Janjaweed–militie nog steeds actief is (rond de vluchtelingenkampen) en een bedreiging blijft vormen", aldus een verklaring van de Verenigde Naties. Verder „verwelkomt de VN–gezant de stappen die zijn genomen door de regering".
De opmerkingen van Pronk komen twee weken voor het aflopen van een tijdslimiet gesteld door de Veiligheidsraad. Tot eind deze maand heeft Khartum de tijd om tegemoet te komen aan de resolutie waarin de VN met niet nader omschreven sancties dreigt tegen Sudan als de regering niet voor dat tijdstip de Janjaweed–militie ontwapent.
De Sudanese minister Ismail van Buitenlandse Zaken maakte eerder op de dag na overleg met Pronk bekend dat de regering elf veilige gebieden voor ontheemde personen in Darfur heeft aangewezen. Onder meer de steden Nyala, El–Fasher, Geneina en Sani en hun omgeving moeten voor eind augustus veilig zijn. Hiermee wordt maandag een begin gemaakt, aldus Ismail. In deze veilige gebieden moeten waarnemers van de Afrikaanse Unie worden gestationeerd.