Training ondernemers helpt Ethiopië vooruit
Ethiopië vooruithelpen door goed ondernemerschap te stimuleren – dat is de missie van het Young Entrepreneur Program Ethiopia (YEP), opgezet door een paar ondernemende christenen uit Nederland. Vrijdag 7 juni zwaaide de eerste lichting trainees af.
Bram Quaak (42) en Peter Vos (52), kartrekkers van YEP en beiden afkomstig uit Veenendaal, vertellen enthousiast over het programma. Het gesprek vindt plaats op een zonovergoten en prachtig onderhouden terrein in Bishoftu/Debre Zeit, zo’n 40 kilometer van de hoofdstad Addis Abeba; hier wordt iedere drie maanden een trainingsweek verzorgd.
Quaak: „In 2014 is YEP ingeschreven bij de Kamer van Koophandel. De missie om Ethiopië verder te helpen was toen al duidelijk, maar wat was er nodig? Om een antwoord te vinden gingen we in Ethiopië langs bij ondernemers, bij universiteiten, bij het ministerie van Financiën, bij de Nederlandse ambassade…”
Vos: „In twee jaar tijd vlogen we wel tien keer heen en weer. De uitkomst was dat er in dit land behoefte is aan de ontwikkeling van ondernemerschap en managementvaardigheden. Vervolgens groeiden er plannen voor het opzetten van een businessschool. In 2016 gaven we in Bishoftu een presentatie aan mensen die met ons hebben meegedacht. Zij zeiden: Het is tijd om te starten, gaandeweg kun je het programma altijd nog verder verbeteren.”
De volgende stap was het vinden van trainees. Quaak: „We investeren niet in de armsten van de armsten, maar in mensen met groeipotentie. Zo denken we het meeste verschil te kunnen maken.”
Kandidaat-trainees doorlopen een selectieprogramma en voeren een persoonlijk gesprek dat een beeld geeft van wat iemand kan en wil. Vos: „Het is belangrijk dat mensen in het Engels kunnen communiceren en er echt voor gaan om te werken aan hun persoonlijke groei.” Uiteindelijk werden er veertien trainees geselecteerd, die in september 2017 begonnen.
Impact
YEP-trainees verdiepen zich in zaken zoals businessmanagement, marketing en sales, financiën, communicatie en ICT. Quaak: „Het Ethiopische onderwijssysteem is erg theoretisch gericht, vaak ontbreekt de toepassing. Bij ons gaat het over zaken zoals houding, gedrag en vaardigheden – dus over hoe kennis in praktijk kan worden gebracht. Ook doen we veel met interactie. In feite leren we onze trainees een compleet nieuwe manier van kijken, denken en handelen aan. Dat maakt ons programma in Ethiopië uniek.
Dankzij wat ze leren, kunnen onze trainees een sterke economische bijdrage leveren. Daar profiteert het land van, en dat is wat we willen: onze medemensen hier verder helpen. In Nederland hebben we ontzettend veel gekregen, waarbij we ook staan op de schouders van onze voorouders. Voor ons houdt dat een roeping in om ook uit te delen aan anderen.”
Of de YEP-training impact heeft? Vos: „De maandag na onze eerste trainingsweek werden we gebeld door de werkgever van een van onze trainees. Hij vertelde dat collega’s aan die trainee vroegen: Waar ben jij geweest, wat heb jij geleerd? In de paar uur dat hij weer aanwezig was op de werkvloer was het verschil in houding al te merken.
En als je dan bedenkt dat al onze trainees samen meer dan duizend medewerkers aansturen die allemaal de invloed van de training merken. YEP is een steen in de vijver; de impact is groot.”
Afstudeerceremonie
De initiatiefnemers van YEP zijn christen, wat is terug te zien in het programma. „Ons belangrijkste vak is ”business ethics”, zakelijke ethiek. Daar heeft de Bijbel belangrijke dingen over te zeggen: hoe kijk je naar mensen, hoe stuur je hen aan, wat is goed rentmeesterschap? Hier ontstaan goede gesprekken over, ook al omdat er hier in het algemeen meer openheid is over geloofszaken dan in het Westen.”
In zo veel ontwikkelingslanden is er behoefte aan groei, waarom koos YEP juist voor Ethiopië? Ethiopië is een van de armste landen ter wereld en moeilijk om in te werken, stelt Quaak, „wat betekent dat we juist hier duidelijk verschil kunnen maken. Voordeel is ook dat er hier een vrij grote Nederlandse gemeenschap is, die met ons meedenkt en ons helpt om bruggen te bouwen. Al hadden we wat mij betreft ook elders van start kunnen gaan.”
„Ik heb heel bewust voor Ethiopië gekozen”, reageert Vos met een glimlach. „Mijn vrouw en ik hebben twee geadopteerde zoons, die beiden in dit land zijn geboren. Dat is voor mij persoonlijk een drijfveer om juist hier iets te willen betekenen.”
September 2018 is de tweede lichting studenten aan het YEP-traject begonnen. En vrijdag 7 juni was het zover: de eerste groep rondde het tweejarige programma af. Vos: „De afstudeerceremonie vond plaats op de Nederlandse ambassade in Addis Abeba. Een prachtige gebeurtenis. Het idee om de diploma’s daar uit te reiken kwam trouwens van de ambassadeur zelf, Bengt van Loosdrecht – wat meteen laat zien hoe enthousiast hij over ons programma is. De achterliggende jaren zijn we regelmatig bij hem over de vloer geweest.”
Quaak, met droge humor: „Tijdens de ceremonie hebben we deze ambassadeur van het Koninkrijk der Nederlanden verheven tot ambassadeur van YEP.”
Nog praktischer
Aan YEP zijn tien trainers en twee coaches verbonden. Vos: „De meesten van hen zijn zelf ondernemer; dat werkt inspirerend. Het zijn gepassioneerde mensen die zich belangeloos inzetten. Het vinden van nieuwe trainers kost weinig moeite; mensen kloppen zelf bij ons aan met de vraag of ze kunnen meedoen.”
YEP vraagt van trainees om te werken aan hun eigen ontwikkeling, maar ook het programma zelf staat niet stil, vertelt Vos. „In september starten we met YEP 2.0, waarbij we kiezen voor een nog praktischer insteek. Iedere middag zal een YEP Simulation –een concrete casus– centraal staan, die de gelegenheid biedt om te werken aan verschillende belangrijke vaardigheden tegelijkertijd, zoals projectmanagement en communicatie.”
Vanaf september zullen zo’n dertig mensen de opleiding volgen. Over twee jaar verwachten YEP jaarlijks tachtig deelnemers te hebben.
Het eerste jaar mochten de studenten gratis meedoen, het tweede jaar betaalde hun werkgever de helft van de kostprijs – die 1250 euro bedraagt. Quaak: „Vanaf dit jaar vragen we het volledige bedrag. Het ideaal is dat YEP over een paar jaar financieel op eigen benen kan staan.”
Kwetsbaarheid
De ervaringen zijn goed en de perspectieven gunstig, maar er blijven uitdagingen voor YEP. Zoals het intercultureel communiceren. Vos: „In Ethiopië wordt het als een belediging opvat wanneer je een vraag stelt als de leider aan het woord is. Terwijl wij juist interactie verwachten. Gelukkig komen de trainees geleidelijk los. We krijgen inmiddels ook opmerkingen als: Dat zeg je nu wel, maar onderbouw dat eens beter.”
De YEP-training heeft ook een vormend effect op de docenten zelf. Vos: „Je moet hier veel geduld hebben, alles vraagt hier meer tijd.”
„Wat bereikt is, zien we als zegen van God”, onderstreept Quaak. „We zijn zoekend, biddend onze weg gegaan. En we beseffen de kwetsbaarheid van wat er is opgebouwd. Twee jaar geleden moesten we na een eerste trainingsdag halsoverkop vertrekken vanwege opstanden in de buurt. Dat tekent hoe instabiel het kan zijn. Maar juist daarom zijn we hier.”
Sterk gegroeid als persoon
Ze hoort bij de eerste generatie YEP-studenten: Aberash Alemayehu. Erg enthousiast is ze over wat ze in twee jaar tijd heeft geleerd. „Ik zeg altijd: de trainers hebben me mezelf leren kennen.”
Aberash stuurt een kliniek aan in de stad Bishoftu/Debre Zeit, waar elf personen werken. „Het YEP-programma helpt mij mezelf als manager professioneel op te stellen. Bijvoorbeeld als er een conflict speelde, dan deed ik vroeger maar gewoon wat me het beste leek. Inmiddels weet ik dat ik een aantal stappen langs kan gaan: mijn boosheid inslikken, rustig gaan zitten met alle betrokkenen en uitzoeken wat er aan de hand is.”
Een ander belangrijk onderwerp was feedback. „Vroeger zei ik nooit iets over andermans functioneren; en als anderen hun mening over mij gaven, vatte ik dat makkelijk persoonlijk op. Maar dankzij YEP ben ik gaan zien hoe waardevol goede feedback is.
Zo luidde een opdracht dat ik een collega moest vragen te reageren op mijn functioneren. Ze noemde positieve dingen, maar ze zei ook: Als er iets slecht loopt, ga je soms schreeuwen. Daar schrok ik van, want schreeuwen is niet mooi. Maar tot dan toe wist ik echt niet dat ik dat deed. Nu heb ik met haar afgesproken dat ze me een seintje geeft als het weer gebeurt.”
Aberash vindt dat ze de achterliggende twee jaar sterk gegroeid is als persoon. „Ook mijn medewerkers in de kliniek genieten daarvan. In mijn cultuur stellen leidinggevenden zich nogal eens autoritair op, maar zij zeggen nu: We wisten niet dat aansturen ook op deze manier kan. Ik ben God heel dankbaar dat Hij mij de kans gaf deze training te volgen.”
Een completere manager
„Ik volg YEP om een completere manager te worden”, aldus Netsanet Tadesse. Als werknemer bij Florensis, een Nederlandse kwekerij in de buurt van Bishoftu, stuurt hij ruim honderd personen aan.
Netsanet volgt het YEP-programma sinds september 2018 en hoort dus bij de tweede lichting studenten. „Inmiddels heb ik al veel geleerd. Als leidinggevende ben ik bijvoorbeeld veel meer dan vroeger gericht op het delen van verantwoordelijkheid en op het aanboren van de capaciteiten van mijn medewerkers.
Iets anders is dat ik vroeger de dingen vrij makkelijk nam zoals ze kwamen. Tegenwoordig lukt het me beter om problemen te voorzien en om er op tijd op in te spelen.”
Of de training ook moeilijke onderdelen bevat? „Vooral ICT en financiën vind ik een uitdaging. Daarbij speelt mee dat ik op deze gebieden maar weinig bagage had.”
Netsanet heeft veel waardering voor de praktische insteek van het YEP-programma. „Ethiopische docenten dragen vaak vooral theorie over. Maar de trainers van YEP delen hun levenservaring.”
De manier van communiceren in het YEP-programma is direct, wat soms lastig zou kunnen zijn voor de deelnemers. „Zo’n manier van communiceren past niet altijd bij onze cultuur”, beaamt Netsanet, „maar in deze context is het prima. Zij zijn de docenten. Op mijn werk heb ik moeten leren om in contact met Nederlanders rechtstreekser aan te geven wat ik wil en vind; dat gaat nu beter dan vroeger.”
Netsanet ziet het YEP-programma als een stimulans om te groeien, voor zichzelf én voor Ethiopië. „De mensen van YEP doen dit zonder eraan te verdienen; ze willen ons land hiermee verder helpen. Dat is bijzonder. Ik hoop dat deze training nog lang zal worden gegeven.”