Geschiedenis

Jackie Howard pioniert met textiel

Textiel is de geliefde beeldtaal van kunstenares Jackie Howard. Als meisje versierde ze spijkerjasjes, later ontwierp ze banieren, vaandels en vlaggen voor de kerk. Nu leeft ze zich uit in de vertolking van Bijbelse teksten in gelaagde rijke, organische structuren, die net zo veelkleurig zijn als de mantel van Jozef. Van organza tot tule, van synthetisch papier tot moerbeibast.

Marie Verheij
24 May 2019 11:33Gewijzigd op 16 November 2020 16:06
Jackie Howard. beeld Jackie Howard
Jackie Howard. beeld Jackie Howard

Jackie Howard (1957) groeide op in een muzikaal hervormd gezin in Schiedam. Van haar moeder leerde ze met naald en draad omgaan. „Zij nam mij mee naar stoffenwinkels en ik heb uren met haar achter de naaimachine gezeten. Zij leerde mij uiterst nauwkeurig werken, waar ik haar oneindig dankbaar voor ben. Zodoende versierde ik op mijn 13e al spijkerjasjes”, vertelt ze in haar ruime atelier op een bovenverdieping in Putten, met uitzicht op de toren.

Voor het raam staat een grote tafel. De rechterhelft is om te schilderen, de andere om te naaien met haar bejaarde Pfaff. Onder de trap staat een aantal gesealde doeken klaar voor de expositie ”Sjier Hasjiriem, het bijbelboek Hooglied”. Een ervan laat ze aan het eind van het interview zien: het is het doek ”Het huis van mijn moeder” – waarop ze oude kleedjes van oma Den Hartog verwerkte, een heuse merklap met het jaartal, in rood, 1905, en een foto van haar moeder. „Textiel is altijd mijn beeldtaal gebleven”, zegt Howard. De kunstacademie was tamelijk onbekend in het milieu waarin ze opgroeide. Dus ging Howard haar eigen weg. „Ik was eindeloos aan het experimenteren en het ontdekken”, vertelt ze nadat ze koffie met koekjes heeft geserveerd.

Uit al dat pionieren sproot uiteindelijk het verlangen voort om vrij beeldend werk te maken. „Ik ben een laatbloeier en heb mezelf geschoold door te leren van andere kunstenaars. Kunst is almaar intens kijken en observeren.” Howard weet zich onder anderen geboeid door Chagall, Van Gogh en, meer eigentijds, Marc Mulders.

Geestelijk gebeuren

De Bijbel geeft haar licht en uitzicht, duidelijkheid en inspiratie. Als kind verloor ze zich al in de verhalen van het Oude Testament; Jesaja is haar lievelingsboek en nu brengt ze de oude klassieke teksten tot leven in veelkleurig textiel. „De psalmen van David zijn zowel lofprijzingen als blues – ook Job en Jeremia waren notoire klagers, maar God vindt dat niet erg, je mag bij Hem komen met je vragen, je ellende en je wanhoop.” Als de inspiratie uitblijft, zet ze „keihard Bach” of andere instrumentale muziek op om „in de discipline” te komen. „Het is voor mij ook een geestelijk gebeuren als ik aan het werk ben. Ik moet afstemmen op wat de Geest mij wil zeggen.”

„In het begin had ik niets met abstract, maar ik merk nu dat ik steeds dichter bij de kern wil komen en alle ballast van me af wil werpen, waardoor het beeld sterker wordt. Mijn werk wordt daardoor vanzelf abstracter. De materialen waarmee ik werk lenen zich daar goed voor.” Ze haalt een doek tevoorschijn dat associaties oproept met een van de stadspoorten van Jeruzalem. ”Verwachting”, heet dit kunstwerk. Goud, geel en groen glijden glanzend in elkaar over – het biedt een panoramisch uitzicht op het centrum van stad.

Brander

Howard werkt met innovatieve en industriële hightechmaterialen, zoals synthetisch papier en vliezen. Ze bewerkt die met acrylverf en een brander. Door de hitte smelt het materiaal, waardoor dieper gelegen lagen zichtbaar worden. „Deze manier van werken is verrassend, je kan het sturen, maar het materiaal doet wat het zelf wil. Dat geeft mij veel vrijheid om te spelen.”

Ook betrekt ze organische structuren in haar werk. Het haar van de vrouw uit het Hooglied –op het figuratieve doek ”Ik sliep maar mijn hart waakte”– maakte ze van moerbeibast gecombineerd met synthetisch papier. „Met oliekrijt maak ik het tot een geheel. Alle materialen worden met de naaimachine aan elkaar geboetseerd. Het moet allemaal houdbaar zijn. Alles wat door mijn handen gaat, wordt geverfd en met een transparante gel afgewerkt.”

Hooglied

In hun leven werden Howard en haar man geraakt door het Jodendom. Het boekje ”Het evangelie is joods” sloeg in als een bom. „Jezus was een Jood, we hebben alles aan de Joden te danken. We zijn in die edele olijf ingeënt. God heeft Israël nooit opgegeven. Zolang er zon en maan aan de hemel staan, zal Israël mijn volk zijn, staat er in Jesaja. De trouw van God spreekt mij aan. We zijn in de Joodse cultuur gedoken, maar we zijn nog steeds christen; het Jodendom is erbij gekomen en dat heeft mijn werk verrijkt.”

In de afgelopen jaren exposeerde Howard onder meer met werk van bomen, seizoenen en Joodse feesten. Tot en met half september is er een serie van twintig doeken te bezichtigen over het Hooglied in Museum Sjoel Elburg. Ze werkte het Hooglied uit in twee sferen. Enerzijds zijn er doeken in frisse zachte tinten, uitspruitende tuinen, impressionistische taferelen van de opbloeiende liefde, van geluk en hoop, het liefdesverhaal tussen twee mensen. „In sommige gedeelten voel je hoe de Eeuwige verlangt naar zijn duifje Israël. Het is een lied van verlangen en verwachting, tussen bruid en bruidegom, in de eerste plaats van het nieuwe leven dat ontstaat na een barre winter en dat moed en hoop geeft, maar ook het uitzien naar de komst van de hemelse Bruidegom.”

Aan de andere kant zijn er de diepere tinten, waarmee Howard de donkere kant van het Hooglied belicht. „Het aftasten, de spanning tussen man en vrouw, je onbegrepen voelen, of het gemis en het wachten, in periodes dat je gescheiden bent van elkaar.”

Troost

Howard krijgt van mensen te horen dat haar werk ontroert en emotioneert. „Ik wil de oppervlakkigheid wegnemen en ga op zoek naar de diepere lagen – de lijnen in een oud gezicht, de groeven in de akkers, schoonheid en waarheid. Ik hou van de dingen waar de adem van het leven overheen is gegaan. Mensen ervaren in mijn werk de gelaagdheid van het leven zelf, de dingen waar ze doorheen moesten. Zo wil ik troost bieden met mijn werk, herkenning en verwondering.”

Tot en met 14 september 2019 is in Museum Sjoel Elburg werk te zien van textielkunstenares Jackie Howard (1957) en beeldhouwer Feico Hajonides (1959). Beiden hebben vanuit hun persoonlijke beleving het Bijbelboek Hooglied verbeeld. >>museumsjoelelburg.nl; jackiehoward.nl.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer