Onzekerheid troef op camping De Put door plannen nieuwe eigenaar
Recreanten maken zich zorgen over de plannen van de nieuwe eigenaar van camping De Put in Ottoland. Hans Kramer uit Beverwijk wil er chalets bouwen om arbeidsmigranten te huisvesten.
Een bord heet bezoekers welkom, maar camping De Put langs provinciale weg N214 maakt op deze druilerige voorjaarsdag een mistroostige indruk. Veel caravans staan dicht op elkaar en een aantal onderkomens maakt een verwaarloosde indruk. „Helemaal mee eens”, zegt Angela Bazen (35), voorzitter van Recreantenvereniging De Put, die in allerijl werd opgericht toen Kramer begin januari aantrad. „Maar moet je hier ’s zomers eens komen als het zonnetje schijnt. Dan liggen er zo’n twintig kinderen in het zwembad, ouders organiseren van alles en nog wat en er is een evangelisatieteam van Dabar actief. De poespas van luxeparken hebben we niet nodig, we doen waterspelletjes, organiseren een bingo. Ouderwetse gezelligheid, dat is de charme van De Put.”
Op de camping staan zo’n 100 stacaravans waar 200 tot 250 bewoners in de zomermaanden recreëren. „Sommigen wonen hier van april tot september, anderen alleen in de vakanties. De mensen komen uit de regio: Gorinchem, Sliedrecht, Dordrecht, een enkeling uit Brabant of Amsterdam. Veel families staan hier al dertig, veertig jaar, soms drie generaties. De laatste jaren komen er gezinnen met kinderen bij.”
Hans Kramer zwaait sinds 4 januari de scepter op De Put. „We willen door herverkaveling de huidige recreanten een mooie plek bieden. We hebben al veel rommel opgeruimd en bomen gesnoeid, maar de elektrische installaties moeten bijvoorbeeld vernieuwd worden. Dat geldt ook voor de wegen en de riolering, en van gebouwen moet het asbest worden verwijderd. Ik heb rapporten die aantonen dat veel zaken aangepakt moeten worden.”
De tweede poot van de nieuwe Put moeten de 100 tot de 150 chalets worden waar Kramer personeel van bedrijven uit de regio wil huisvesten. „Er is in de streek veel behoefte aan tijdelijke arbeidskrachten en daarvoor is meer dan genoeg ruimte op de camping. Die nieuwe huisjes willen we scheiden van het recreatieve deel.”
Mooie accommodatie
De komst van de chalets zorgt er meteen voor dat de camping verder verfraaid wordt. „We knappen het zwembad en de toiletgebouwen op en openen een winkel. Prettig voor de recreanten, maar ook een voorwaarde om de arbeidskrachten een mooie accommodatie te bieden.”
Angela Bazen –die het woord voert namens 65 gezinnen– en een groot deel van de bewoners zijn er niet gerust op. „We hebben op zich geen bezwaar tegen de komst van arbeidsmigranten. Alleen zijn we het niet eens met het aantal. Straks zijn er meer arbeidskrachten dan recreanten op de camping. Daarnaast zijn we bang voor de herverkaveling van het terrein. Veel caravans kunnen zo’n verplaatsing niet aan. Bovendien worden we op extra kosten gejaagd. De eigenaar zegt dat wel hij ons wil helpen, maar de kosten zijn voor ons.”
De grootste onzekerheid bij de campinggasten geldt de contracten. Bazen: „In de oude situatie hadden we een contract voor onbepaalde tijd. Alleen bij wanbetaling of onbehoorlijk gedrag konden gasten van de camping verwijderd worden. De nieuwe eigenaar werkt met jaarcontracten, hij kan straks zonder opgaaf van reden de huur opzeggen.”
Negatief
Volgens Hans Kramer is dat helemaal niet de bedoeling. „Jammer dat alles zo negatief wordt benaderd. Ik begrijp de onrust. Maar alle recreanten kunnen blijven, mits de caravans voldoen aan de veiligheidseisen. We willen hier iets moois neerzetten. Er is al veel gebeurd en we gaan nog veel meer doen. Met elkaar komen we er wel uit. Maar ik moet wél verder. Wie niet mee wil, krijgt geen nieuw jaarcontract.”
Bazen: „Het optreden van de eigenaar staat haaks op z’n beloften. Onze grootste angst is dat hij ons allemaal weg wil hebben.”
De komende maanden zijn van doorslaggevend belang voor beide partijen. Gemeente Molenlanden bepaalt voor de zomer of Kramer een vergunning krijgt voor de huisvesting van zijn arbeidsmigranten en begin juli doet de rechter uitspraak over de eis van de recreanten dat ze een contract voor onbepaalde tijd willen. Kramer: „Als ik geen vergunning krijg, kan ik niet investeren en met alleen recreanten heeft de camping geen toekomst.”
Bazen: „Hoe het ook uitpakt, er breekt een onzekere periode aan.”