Annan verwelkomt akkoord over Darfur
Secretaris–generaal Kofi Annan van de Verenigde Naties heeft vrijdag het akkoord verwelkomd dat VN–gezant Jan Pronk sloot met Sudan. De Nederlander kwam een plan overeen met Khartum voor de ontwapening van de Arabische milities in Darfur voor eind deze maand. Volgens een VN–woordvoerder heeft de hele Sudanese regering ingestemd met het akkoord tussen Pronk en de minister van Buitenlandse Zaken Ismail.
De twee partijen ondertekenen formeel op maandag de overeenkomst, maakte zegsman Eckhart bekend. Het akkoord behelst maatregelen die Sudan moet nemen om de milities te ontwapenen, om de veiligheidssituatie in Darfur te verbeteren en maatregelen om de humanitaire crisis te verlichten. Ook heeft Khartum beloofd beveiligde gebieden in acht te nemen waar geen regeringstroepen actief mogen zijn. Die regio’s liggen in en rond vluchtelingenkmapen, in steden en in dorpen zodat burgers hun dieren kunnen verzorgen en op zoek kunnen naar voedsel en water.
„De secretaris–generaal hecht veel belang aan wezenlijke en controleerbare vooruitgang de komende dertig dagen op weg naar het herstellen van de volledige veiligheid in de regio Darfur", aldus Eckhart. Annan kijkt uit naar „snelle en onafgebroken actie" van Khartum. Eerder nam de VN–Veiligheidsraad een resolutie aan waarin de Sudanese regering dertig dagen de tijd kreeg om op te treden in Darfur. Doet de regering dat niet dan volgen mogelijk sancties.
Hoewel Khartum volgens de overeenkomst met de VN misschien niet aan alle gestelde voorwaarden kan voldoen zijn „er verscheidene manieren waarop het actie kan ondernemen om zijn goede wil te tonen", valt er in de tekst van de overeenkomst te lezen. Sudan kan en moet in ieder geval alle offensieve acties van het leger staken. De strijdkrachten worden naar elders overgeplaatst zodat zij niet in direct contact komen met de lokale bevolking.
Een onderzoeker van de Verenigde Naties stelt dat de Sudanese regering verantwoordelijk is voor de executies van grote aantallen burgers in Darfur. Asma Jahangir was in juni twee weken in Darfur en trof daar volgens een VN–persverklaring een ’verpletterende hoeveelheid bewijs’ aan waaruit bleek dat regeringstroepen en door de regering in Khartum gesteunde milities achter de moorden zaten. Jahangir zei dat vertegenwoordigers van de Arabische en de Afrikaanse milities hadden gezegd dat de regering in Khartum hen wapens had gegeven, naar dat de Arabische milities (janjaweed) er meer hadden gekregen.