Buitenland

Aanslag 1999 eerste in reeks ”shootings” op scholen VS

De schietpartij op Columbine High School in de Amerikaanse staat Colorado, nu twintig jaar geleden, was niet alleen de meest dodelijke tot het eind van de 20e eeuw, maar bezorgde de Amerikanen een blijvend trauma. Elke scholier in de VS merkt daar vandaag de dag nog iets van.

20 April 2019 12:38Gewijzigd op 16 November 2020 15:49
Columbine High School. beeld  AFP, Chet Strange
Columbine High School. beeld AFP, Chet Strange

Op 20 april 1999 stonden aan het eind van de dag twaalf medeleerlingen, een docent en de twee moordenaars op de dodenlijst. Zij waren omgekomen door het geweervuur dat Eric Harris (18) en Dylan Klebold (17) rond de middag hadden geopend. Daarnaast raakten bij deze schietpartij in 24 mensen gewond.

De ”shooting” in Columbine was niet het eerste schietincident op een school in de VS. Maar het was wel het begin van een lange reeks schietpartijen waarbij veel slachtoffers vielen. Het Amerikaanse ministerie van Justitie stelt dat in de achterliggende twintig jaar ruim 40.000 kinderen direct zijn geraakt door wapengeweld. Sommigen overleefden het niet, anderen raakten gewond of moesten verder met een zwaar psychisch trauma. Sinds 2000 zijn zo’n kwart miljoen leerlingen in Amerika ooggetuige geweest van wapengeweld op school.

Hoewel dit aantal heel fors is, horen veruit de meeste Amerikaanse jongeren tijdens hun schoolloopbaan geen geweerschoten. En toch is wapengeweld voor allemaal reëel. Sinds 2000 zijn onderwijsinstellingen in de VS verplicht jaarlijks een oefening te houden zodat leerlingen weten wat ze moeten doen als er een shooting is. Ze leren deuren te barricaderen, oefenen in het zich doodstil houden en leren waar de schuilplaatsen in de school zijn. Deze jaarlijkse trainingen zijn te vergelijken met de brandoefeningen in ons land.

Enkele ouderorganisaties hebben kritiek op deze verplichte oefening, vooral voor jonge kinderen. Een woordvoerder van de organisatie Focus on the Family: „Zij worden bang; gaan er ’s nachts van dromen – vooral als de oefening realistisch is.” Bij sommige oefeningen wordt ook het schieten nagebootst.

Na het drama op de Columbine High School is er in Amerika veel onderzoek gedaan naar het profiel van de daders. Aanvankelijk werd gesteld dat deze vooral het werk waren van leerlingen die in een isolement leven of gepest worden. Uit onderzoek naar de achtergronden van Eric Harris en Dylan Klebold en die van andere jeugdige schutters is gebleken dat ze in de ban waren van gewelddadige computergames.

De bekende Amerikaanse socioloog Henry Giroux vindt het opvallend dat het aantal shootings door jongeren juist de laatste twintig jaar zo is toegenomen, „dus na de introductie van de computergames.” Giroux: „Het spelen van deze spelen haalt elke rem bij jongeren weg. Hun brein went aan de gedachte dat schieten een kick geeft. Het stimuleert de idee het dat je pas echt een man bent als je de trekker van je pistool hebt overgehaald.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer