Post Uit Berlijn: In Duitsland is alles wel heel erg zwart, wit en grijs
Het mooie van het voorjaar is dat de wereld weer kleur krijgt. Kleuren zijn onmisbaar. Tenminste, dat vinden veel Nederlanders. In Duitsland is dat toch een beetje anders, al duurde het jaren voordat het me opviel.
Opeens zag ik het op een parkeerplaats. Rijen auto’s, en bijna geen één met een kleurtje ertussen.
Sindsdien zie ik het bijna dagelijks, zeker afgelopen week toen ik op de Hannover Messe liep. De grootste industriebeurs ter wereld trekt meer dan 200.000 bezoekers, waarvan een groot deel met de auto komt. Als je dan over de uitgestrekte parkeerplaatsen loopt, zie je maar drie varianten: zwart, wit en grijs.
Het is alsof de Duitse automobilist goed luistert naar de beroemde uitspraak die aan autofabrikant Henry Ford wordt toegeschreven: „U kunt auto’s in alle kleuren bij me kopen, als het maar zwart is.” Terwijl ik dit schrijf tijdens de terugreis op de Autobahn, wordt mijn beeld alleen maar bevestigd: zwart, zwart, grijs en een keertje wit.
Ook op andere terreinen kiezen Duitsers liever niet voor felle kleuren. Zo vertelde een inkoper voor een grote internationale keten van kledingwinkels me onlangs dat dit direct zichtbaar wordt aan de grens. Volgens hem verschillen de collecties dusdanig, dat sommige Duitse grensbewoners speciaal naar bijvoorbeeld Arnhem gaan omdat ze daar kleding met meer kleur kunnen vinden. Terwijl dezelfde winkelketen ook in hun eigen woonplaats een vestiging heeft.
Hoe komt dat toch? De Duitser wordt vaak neergezet als een beetje conservatief. Opvallen met felle kleuren past dan misschien niet zo goed bij de Duitse aard. Zou het groepsdruk zijn? Wie eruit springt, is al snel een zonderling. Dan liever opgaan in de grijze massa.
Terwijl ik hierover nadenk, merk ik dat ik me geruisloos heb aangepast aan mijn nieuwe omgeving. Toen ik laatst oudere kleren aan het sorteren was om ze weg te geven, realiseerde ik me dat ik in de loop der jaren minder kleur ben gaan dragen.
In Nederland kocht ik nog graag kleding met relatief felblauwe kleuren. Ik kwam een koninklijk blauwe pullover tegen, sokken en zelfs schoenen die een stuk opvallender zijn dan de stijl die ik nu draag. Ongemerkt ben ik dus ook een beetje kleurlozer geworden. Mijn oude bril was donkerblauw, mijn huidige montuur is donkerbruin.
Op de Hannover Messe zag ik het ook aan de Nederlandse ondernemers. Zo stonden ze in knaloranje stands, dat is natuurlijk een slimme tactiek om op te vallen. Maar ook de Nederlanders zelf vielen op. Ik zag opvallend veel heren met blauwe pakken, fel gekleurde sokken en lichtbruine leren schoenen. Het Duitse uniform is vaak een zwart of grijs pak, met zwart schoeisel.
Als ik door mijn thuisstad Berlijn loop, pik ik ook moeiteloos de Nederlandse toeristen eruit. Als je een lang, blond echtpaar met een kleurrijke outfit ziet, dan kan het haast niet missen. Stiekem vind ik het dan leuk om hen te verrassen door in accentloos Nederlands de weg uit te leggen. In de verbaasde gezichten lees je dan: hoe wist je dat we Nederlanders waren?
De vraag die ik mijzelf nu stel: heb ik inmiddels een Duitse smaak gekregen? Zeker, ik draag donkerder kleren dan voorheen. Maar ik moet nog steeds niet denken aan zwarte pakken met zwarte schoenen, een klein kleurrijk accentje blijft prettig.