VS matigen toon resolutie voor Darfur
De Verenigde Staten hebben donderdag het woord sancties geschrapt uit de tekst van de Darfur-resolutie die zij door de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties proberen te loodsen. De resolutie moet de druk op de Sudanese regering om een einde te maken aan het geweld in Darfur verhogen.
De VS hopen door de wijziging de sceptische landen in de raad ertoe over te halen met de resolutie in te stemmen. De VN-ambassadeur van een van deze landen, de Algerijn Abdallah Baali, zei zich „meer op zijn gemak” te voelen bij de nieuwe tekst. Hierin wordt niet expliciet gedreigd met sancties, maar verwezen naar de maatregelen uit artikel 41 van het handvest van de VN. Daaronder valt onder meer het verbreken van diplomatieke en economische betrekkingen.
De Darfur-resolutie wordt vrijdag in stemming gebracht. Als de resolutie wordt aangenomen, krijgt Sudan een maand de tijd om iets te doen aan de situatie in Darfur. Dat is hard nodig, want volgens schattingen van de Amerikaanse overheidsorganisatie voor ontwikkelingswerk Usaid heeft de crisis in Darfur al 80.000 mensen het leven gekost. Zeker 30.000 mensen zijn gedood door het geweld van Arabische milities en nog eens 50.000 vluchtelingen zijn bezweken aan de gevolgen van ondervoeding en ziektes, aldus Roger Winter van Usaid gisteren in de Amerikaanse hoofdstad Washington.
Intussen lijken de landen van de Afrikaanse Unie (AU) liever te zwijgen over wat er gaande is in Darfur. De Vredes- en Veiligheidsraad van de AU houdt zich horende doof over een rapport dat waarnemers van diezelfde AU hebben opgesteld. Een groep waarnemers heeft echter op grond van een onderzoek wel vastgesteld dat Arabische milities burgers uit Darfur aan elkaar hebben vastbonden en hen vervolgens levend in brand hebben gestoken. Het persbureau Associated Press kreeg het rapport donderdag in handen.
De AU-waarnemers waren naar Darfur gestuurd om toezicht te houden op een in april overeengekomen staakt-het-vuren tussen de regering en twee rebellenorganisaties. Ze bezochten het dorp Ehada naar aanleiding van een klacht van de rebellenorganisatie Sudanees Bevrijdingsfront. Dat bleek te zijn platgebrand door de beruchte Arabische Janjaweed-milities.
Onderzoek van een andere klacht, door de Sudanese regering ingediend tegen de twee rebellengroepen van Darfur, wees uit dat niet de rebellen maar de door de regering gesteunde Janjaweed-milities op 3 juli het dorp Suleia hadden aangevallen. Ook daar was sprake van ernstige gewelddadigheden.
De Afrikaanse Unie besloot in mei tot de stationering van 150 ongewapende waarnemers in Darfur. Tot dusver zijn nog maar tachtig waarnemers ter plekke. Begin deze maand besloten Afrikaanse leiders een 300 man tellende missie naar Darfur te sturen. Van dat korps is nog niemand gearriveerd.
Waarschijnlijk is de houding van de Sudanese regering debet aan het weinig krachtdadige optreden van de Afrikaanse Unie. De regering van Sudan heeft gedreigd met vergeldingsmaatregelen als er buitenlandse troepen naar Darfur worden gestuurd om het geweld daar te stoppen.