Buitenland

Commissie: Washington nam terreurdreiging niet serieus

„Wij geloven dat de presidenten Clinton en Bush meer hadden kunnen doen, maar wij geloven ook dat zij net als iedereen dit gevaar niet beschouwden als het probleem dat het in werkelijkheid al was. Het gaat hier om een mislukt beleid, mislukt management, falende systemen, maar bovenal om het falen van de verbeelding”, aldus Thomas Kean, voorzitter van de onafhankelijke Amerikaanse commissie die de omstandigheden rond de septemberaanslagen onderzocht.

Van onze correspondent
23 July 2004 11:06Gewijzigd op 14 November 2020 01:27
WASHINGTON – De voorzitter van de commissie die de aanslagen van 11 september 2001 onderzoekt, Thomas H. Kean (staande links), geeft de bevindingen van de speciale onderzoekscommissie weer. De commissie gaf donderdag een persconferentie in Washington. F
WASHINGTON – De voorzitter van de commissie die de aanslagen van 11 september 2001 onderzoekt, Thomas H. Kean (staande links), geeft de bevindingen van de speciale onderzoekscommissie weer. De commissie gaf donderdag een persconferentie in Washington. F

Hij presenteerde donderdag het 575 pagina’s tellende eindrapport dat de unanieme conclusies bevat van de tien commissieleden, vijf Republikeinen en vijf Democraten. Het lijvige boekwerk is de neerslag van twintig maanden werk door de commissie en haar toegewijde staf. Niet minder dan 1300 mensen werden geïnterviewd en 2 miljoen documenten werden bestudeerd, waaronder documenten die pas na zware politieke druk werden vrijgegeven door de regering-Bush. De commissie komt met radicale voorstellen, waarvan velen in Washington betwijfelen of die ooit verwezenlijkt kunnen worden.

President Bush verzette zich twee jaar geleden met hand en tand tegen de vorming van een onafhankelijke commissie. Hij vreesde politieke schade voor zijn herverkiezing dit jaar. Het waren vooral de nabestaanden van de 3000 slachtoffers van de septemberaanslagen die het parlement platliepen en die zo veel politieke druk uitoefenden dat ook het Witte Huis hen niet meer kon negeren. „Het feit dat wij nu dit rapport in handen hebben is voor mij het bewijs dat de democratie in Amerika functioneert”, meent Kristen Breitweiser, wier man bij de aanslag op het World Trade Center omkwam.

In haar eindrapport noemt de commissie negen „gemiste operationele mogelijkheden” die de voorbereidingen voor de septemberaanslagen misschien hadden kunnen ondermijnen of kunnen voorkomen. Het gaat hier om gemiste kansen onder leiding van Democratisch president Bill Clinton én om gemiste kansen onder leiding van zijn opvolger Republikeins president George Bush. Voor de laatste is dit schadelijker, omdat hij in november herkozen wil worden voor een tweede ambtstermijn. Hij kon donderdag weinig anders doen dan het werk van de commissie prijzen. „Ik ben het met de commissie eens dat de terroristen gebruik konden maken van zwakheden in ons systeem die in de afgelopen tien jaar zijn ontstaan.” Bush verwijst daarmee impliciet naar zijn voorganger Clinton, die volgens Bush het pad voor de terroristen effende.

„De aanbevelingen van de commissie zijn in overeenstemming met de strategie die mijn regering heeft ontwikkeld om deze zwakheden weg te werken”, aldus Bush, die echter niet kan verklaren waarom hij in augustus 2001 rustig met vakantie ging nadat hij nadrukkelijk was gewaarschuwd dat al-Qaida plannen smeedde voor een mogelijke aanval binnen de VS. Bush hield zich donderdag op de vlakte ten aanzien van de concrete aanbevelingen van de commissie, zoals de benoeming van een speciale functionaris op regeringsniveau die verantwoordelijk is voor alle vijftien inlichtingendiensten van de VS. Een hervorming die volgens Democratisch presidentskandidaat senator John Kerry „allang” had moeten plaatsvinden.

Is de commissie niet te voorzichtig geweest -politiek te voorzichtig- door geen verantwoordelijken met name te noemen, maar zich voornamelijk te concentreren op de institutionele zwakheden in het Amerikaanse veiligheidssysteem? Jamie Gorelick, een van de Democratische leden van de commissie: „Het was onze taak feiten aan te dragen. Als je het rapport nauwkeurig leest, zie je vanzelf wie verantwoordelijk was.” Het is in dit verband interessant om te lezen dat minister van Justitie John Ashcroft in de zomer van 2001, toen er talrijke aanwijzingen waren dat al-Qaida „iets” beraamde, „ervan uitging” dat de FBI wel de nodige antiterroristische stappen zou ondernemen. Hij was niet geïnteresseerd in nadere informatie hierover en hij formuleerde zelf ook geen beleid op dit gebied.

Het rapport prijst de oorlog tegen Afghanistan, waardoor al-Qaida haar basis verloor. De commissieleden spreken echter geen oordeel uit over de invasie in Irak, die volgens president Bush deel uitmaakt van de Amerikaanse strijd tegen het terrorisme. Wel zegt men dat als het democratische experiment in Irak faalt, „dit land een broedplaats wordt voor aanvallen tegen Amerika.” De commissie zegt overigens nadrukkelijk dat zij geen bewijzen heeft gevonden voor samenwerking tussen al-Qaida en het regime van Saddam Hussein. Dit was voor Bush een van de argumenten om Irak binnen te vallen. Er waren volgens de commissie wel „contacten”, maar er was geen sprake van werkelijke „samenwerking” tussen de terreurorganisatie en Bagdad.

Het rapport van de septembercommissie is niet het eerste rapport dat Washington enkele dagen in de ban houdt, maar de vraag is wat de gevolgen zullen zijn. Er werd indertijd op zijn minst evenveel ophef gemaakt over het zogeheten Warren-rapport over de moord op president John F. Kennedy. Uiteindelijk verdween dat in stoffige bureauladen. Hoewel niemand donderdag in Washington durfde te beweren dat het rapport van de onafhankelijke commissie daar ook thuis hoort, lieten verschillende critici al weten dat het parlement voorlopig geen tijd heeft om zich met de aanbevelingen van het eindrapport te bemoeien. De parlementariërs gaan naar huis om zich op hun komende verkiezingscampagne(s) te concentreren.

„Uitstel kan hier geen afstel betekenen”, waarschuwt Republikeins commissielid James Thompson. „Daarvoor is deze materie te urgent. Daarover zijn wij het eens met de nabestaanden. Als de hervormingen die wij voorstellen niet goed genoeg zijn, dan moeten de president en het parlement ons maar vertellen wat er meer gedaan kan worden voor de veiligheid van Amerika”, aldus Thompson. De commissie wordt nu ontbonden, maar de commissieleden hebben besloten als groep te blijven volgen wat er met hun aanbevelingen gebeurt. „Het gaat hier om tien invloedrijke en gezaghebbende politici van beide grote partijen. Als zij de eenheid weten te bewaren en druk blijven uitoefenen binnen hun respectieve partijen, zullen het Congres en het Witte Huis de conclusies van hun eindrapport moeilijk kunnen negeren”, meent politiek analist Charles Pena van het Cato Research Institute in Washington.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer