Palestijnse parlement oefent druk uit op Arafat
Het Palestijnse parlement heeft Yasser Arafat woensdag opgeroepen om het ontslag van premier Ahmed Qurei te aanvaarden. De druk op Arafat om een deel van zijn macht af te staan groeit.
Het parlement, dat zich nog bijna nooit tegen Arafat heeft gekeerd, vroeg de Palestijnse leider een nieuw kabinet te vormen dat beter in staat is om de onrust in de Palestijnse gebieden aan te pakken. In Ramallah werd met 43 tegen 4 stemmen een motie aangenomen waarin wordt aangedrongen op de vorming van een nieuwe regering, die „competent genoeg is om haar verantwoordelijkheden uit te voeren”, met andere woorden: een regering met zeggenschap over de veiligheidsdiensten die nu nog onder Arafat vallen.
„Wij zijn allemaal verantwoordelijk”, zei minister en parlementslid Qadoura Fares over het gebrekkige optreden na de onrust in de Palestijnse gebieden. „Arafat is echter het meest verantwoordelijk.” Donderdag zou het parlement een extra spoedzitting houden om te besluiten over verdere maatregelen om Arafat onder druk te zetten.
Sinds afgelopen weekeinde heerst er chaos in de Palestijnse gebieden, als gevolg van een reeks ontvoeringen en rellen. Qurei kan weinig uitrichten zolang Arafat zijn greep op de veiligheidsdiensten niet wil loslaten. De premier bood daarom zaterdag zijn ontslag aan. Arafat weigerde het te aanvaarden. Qurei is nog op zijn post, maar zegt zichzelf als demissionair te beschouwen.
De onrust houdt intussen aan. Dinsdagavond openden onbekenden in Ramallah het vuur op parlementslid en voormalig Palestijns minister van Informatie Nabil Amr, die gewond naar een ziekenhuis in Jordanië is overgebracht. Woensdag ontvoerden extremisten opnieuw een hoge bestuurder met een reputatie van corruptie. Ditmaal was het slachtoffer Fadel Alshouli, hoofd van het bureau voor stammenzaken in Nablus, op de Westelijke Jordaanoever. Korte tijd later werd hij weer vrijgelaten.
Amr is een prominent criticus van Arafat. Hij raakte ernstig gewond aan zijn rechterbeen, dat mogelijk deels moet worden geamputeerd. Vanuit zijn ziekenhuisbed liet Amr in een verklaring doorschemeren dat de aanslag mogelijk een poging was hem het zwijgen op te leggen. Parlementslid Amzi Sheabi zei dat „een grote en machtige man binnen Fatah” verantwoordelijk moest zijn. Fatah is de beweging van de Palestijnse leider Yasser Arafat. Arafat heeft een onderzoek laten instellen naar de aanslag en lijfwachten gestuurd om Amr te beschermen.
Amr is al jaren een criticus van Arafat. Twee jaar deed hij een poging andere tegenstanders van Arafat te verenigen, waarop prompt zijn huis werd beschoten. Amr, een medestander van oud-premier Mahmud Abbas, riep zijn achterban op de kalmte te bewaren en „af te zien van nerveuze reacties.” „Als het de bedoeling was mij het zwijgen op te leggen, wil ik iedereen laten weten dat ik altijd heb geloofd in wat ik heb gezegd over mijn inspanningen voor een Palestijnse staat met Jeruzalem als hoofdstad.”
Arafat kreeg woensdag een telefoontje van de in Syrië wonende Hamas-leider Khaled Mashaal, die hem op het hart drukte een einde te maken aan de chaos, die wordt veroorzaakt door rivaliteit tussen facties binnen Fatah en de vele veiligheidsdiensten. In een bijna ongekende interventie vertelde de in Damascus woonachtige Mashaal, wiens beweging in de Gazastrook veel aanhang heeft, dat een onderlinge Palestijnse dialoog nodig is om de crisis op te lossen. Volgens Mashaal moeten wapens alleen worden ingezet tegen de „zionistische vijand.”