Gezag van Arafat taant zienderogen
Arafat lijkt de greep op de Palestijnse gebieden verloren te hebben. Na de benoeming van zijn neef Moussa Arafat, vrijdag, tot veiligheidschef sloeg de vlam in de pan. Sindsdien heerst er anarchie in met name de Gazastrook. Premier Qurei diende zaterdag zijn ontslag in en vannacht raakten militanten weer slaags met officieren.
Door de chaotische toestand in Gaza komt Arafat steeds meer onder druk te staan, ook vanuit eigen gelederen. Maandag komt het Palestijnse kabinet bijeen. Volgens de BBC is in Gaza de noodtoestand uitgeroepen. Arafat zou maandag de benoeming van zijn neef Moussa weer ongedaan hebben gemaakt, zo hebben Palestijnse zegslieden maandag verklaard.
De aanstelling van zijn neef afgelopen weekeinde had bij veel Palestijnen kwaad bloed gezet en geleid tot gewelddadige protesten. Moussa Arafat staat voor hen symbool voor de corruptie en vriendjespolitiek binnen de Palestijnse Autoriteit. Hij is een van de mede-oprichters van Fatah en voormalig hoofd van de Palestijnse inlichtingendienst. Volgens mensenrechtengroepen heeft hij zich schuldig gemaakt aan martelingen.
De onrust begon ook na enkele ontvoeringen van buitenlanders vrijdag. Arafat voerde enkele reorganisaties door binnen zijn veiligheidsdiensten, maar dat leidde alleen maar tot meer protesten. Arafat sprak zondag in Ramallah met de Palestijnse premier Ahmed Qurei over de politieke crisis die het gevolg is van het aanhoudende geweld in de Gazastrook. Qurei eist aanzienlijk meer macht om daadkrachtig te kunnen regeren en heeft zaterdag zijn ontslag aangeboden uit protest tegen zijn te beperkte bevoegdheden en wegens de „niet eerder vertoonde wetteloosheid” in Gaza. Hij noemde de veiligheidssituatie in Gaza een „ware ramp.” De Palestijnse president weigerde echter tot tweemaal toe Qureis ontslag te aanvaarden. Zondag stapte ook het hoofd van de Palestijnse zeeveiligheidsdienst op. Hij noemde de situatie ronduit „chaotisch.”
Veel Palestijnen zijn kwaad over Arafats plannen omdat die volgens hen geen echte verandering inhouden. Palestijnen klagen dat de regering niet in staat is hun dagelijks leven te verbeteren en de wijdverspreide corruptie te bestrijden. Sommige Palestijnen zijn bang dat de wetteloosheid het komend jaar alleen maar verergert. Zij vrezen een machtsvacuüm als Israël zich eind volgend jaar uit de bezette delen van Gaza terugtrekt.
De interne strijd en de protesten nemen nu alleen nog maar toe. De Israëlische regering heeft laten doorschemeren dat het inmiddels wel duidelijk is dat met de Palestijnen niet valt te onderhandelen. Arafat staat zowel binnen zijn eigen gelederen als vanuit het buitenland onder zware druk om hervormingen door te voeren. Die pressie is sinds het begin van de tweede Palestijnse opstand tegen Israël, bijna vier jaar geleden, niet zo groot geweest, menen waarnemers.
De Israëlische vice-premier Olmert sprak zondag van een „onvermijdelijke machtsstrijd, die gewonnen zal worden door degenen die gematigder zijn, beter hun verantwoordelijkheid beseffen en willen onderhandelen.”
De Midden-Oostengezant van de VN, Terje Roed-Larsen, hield vorige week nog een uitermate kritisch verhaal over de Palestijnse Autoriteit in de V-raad. Ondanks mooie beloftes van haar leiders heeft de Palestijnse Autoriteit geen vorderingen geboekt in de strijd tegen terreuraanslagen op Israëlische doelen, stelde Roed-Larsen. Ook van de reorganisatie van het bestuursapparaat en de veiligheidsdiensten is niets terechtgekomen, aldus de diplomaat, die waarschuwde dat de Palestijnse Autoriteit op het punt van instorten staat.