Russische justitie beschuldigt zakenman Berezovski
De Russische justitie heeft dinsdag de in ballingschap levende miljardair Boris Berezovski beschuldigd destijds de gewapende strijd van de Tsjetsjenen te hebben gefinancierd. Berezovski zou in 1999 ondermeer wapens hebben gekocht en geleverd. Dat meldde het Russische persbureau Interfax.
Justitie denkt dat Berezovski dat jaar ook betrokken was bij de ontvoering van en moord op de Russische generaal Chpigoun in Tsjetsjenië. Dinsdag presenteerde Berezovski in Londen een film waarin hij de Russische geheime dienst FSB ervan beschuldigd moordaanslagen in Moskou te hebben georganiseerd.
Toen in januari bleek dat de FSB inlichtingen aan justitie had verstrekt over de geldstromen van Berezovski richting Tsjetsjeense rebellen, beschuldigde de zakenman die dienst weer van het organiseren van moordaanslagen in Rusland in het najaar van 1999. Bij die aanslagen op flatgebouwen in Moskou en Volgodonsk vielen bijna driehonderd doden. Rusland zocht de daders onder de vrijheidsstrijders in Tsjetsjenië. In de film gaat de miljardair daar nader op in.
Berezovski is een verklaard tegenstander van de Russische president Poetin. In 1996 en 1997 maakte de zakenman deel uit van de Russische veiligheidsraad.