Israëlisch ministerie: Veiligheidsmuur werkt
De veiligheidsmuur die Israël bouwt, dringt het aantal aanslagen drastisch terug. Dat heeft het Israëlische ministerie van Buitenlandse Zaken meegedeeld.
In Samaria, het noordelijk gedeelte van de Westelijke Jordaanoever, is het aantal aanslagen met 90 procent afgenomen nadat er een start werd gemaakt met de aanleg van de afscheiding. In de elf maanden na het begin van de constructie in augustus 2003, zijn Palestijnse terroristen uit dat gebied er slechts drie keer in geslaagd in Israël door te dringen. Twee keer gebeurde dat bij gedeelten waar het hekwerk nog niet klaar was en één keer via een wegversperring. Bij de aanslagen van deze infiltranten verloren 26 Israëliërs het leven.
In de 34 maanden na de uitbraak van het Israëlisch-Palestijnse geweld in september 2000 tot aan de constructie van het eerste deel van het hekwerk in Samaria drongen terroristen uit Samaria 73 keer door. Bij de aanslagen van de infiltranten werden in totaal 293 Israëliërs gedood.
Het ministerie van Buitenlandse Zaken stelt dat in het jaar vóór de oprichting van de veiligheidsbarrière gemiddeld 26 aanslagen per jaar werden uitgevoerd en na de oprichting drie. Dat is een vermindering van 90 procent. Het aantal doden bij de aanslagen in dit tijdsbestek nam 70 procent af.
Vorige week besloot het Israëlische hooggerechtshof dat in de buurt van Jeruzalem de route van de veiligheidsbarrière moet worden gewijzigd omdat deze de humanitaire belangen van de Palestijnen te veel schade berokkent. Bij Jeruzalem is de afscheiding nog niet klaar.
Israël stelt dat de aanleg van het stelsel van hekken en muren nodig is om terroristen te weren, maar Palestijnen zeggen dat de barrière het dagelijks leven grondig ontregelt.
Op 9 juli zal het Internationale Gerechtshof in Den Haag op verzoek van de Algemene Vergadering van de VN een uitspraak doen over de veiligheidsbarrière.