„Anti-IS coalitie verwoestte Raqqa”
De door de VS geleide internationale coalitie tegen de terreurbeweging Islamitische Staat (IS) heeft zonder zich veel over de bewoners te bekommeren de stad Raqqa voor grote delen platgegooid. De mensenrechtenorganisatie Amnesty International (AI) concludeert dit na onderzoek op 42 plaatsen in de ruïnes van de Syrische stad en na gesprekken met overlevenden.
De AI-publicatie komt dinsdag vlak voor de eerste verjaardag van het slotoffensief tegen IS dat de coalitie op 6 juni vorig jaar begon. Raqqa was toen het hoofdkwartier van IS in Syrië en gold als de ‘hoofdstad van het kalifaat’ dat de extremistische soennieten van IS hadden uitgeroepen. Hun hoofdstad viel uiteindelijk in oktober vorig jaar. De enorme verwoesting als gevolg van luchtaanvallen en het hoge aantal slachtoffers onder burgers weerspreekt volgens Amnesty de stelling van de coalitie dat er voornamelijk ‘precisiebombardementen’ zijn uitgevoerd.
De inwoners van Raqqa zaten tijdens het schrikbewind van IS als ratten in de val. IS legde mijnen op vluchtroutes en schoot op burgers die probeerden te vluchten. Een vrouw vertelde de onderzoekers dat ze uiteindelijk kon vluchten via een mijnenveld, „door te lopen over het bloed van degenen die vóór ons probeerden te vluchten en daarbij opgeblazen waren”.
Amnesty stelt dat IS vele oorlogsmisdaden heeft gepleegd. „Maar dat ontsloeg de coalitie niet van haar verplichting om alles in het werk te stellen om burgerslachtoffers te vermijden.” De coalitie, waarvan ook Nederland deel uitmaakt, heeft aanvallen uitgevoerd die „disproportioneel en willekeurig” waren en heeft mogelijk zelfs oorlogsmisdaden gepleegd.