Orbán weer premier van Hongarije
Het Hongaarse parlement heeft Viktor Orbán formeel herkozen tot premier. De 54-jarige politicus kan daardoor beginnen aan zijn derde achtereenvolgende termijn als leider van het Centraal-Europese land.
De Fidesz-partij van Orbán boekte vorige maand een grote verkiezingsoverwinning. De partij bemachtigde daarmee 133 van de 199 zetels in het parlement. De herbenoeming van Orbán tot premier gold dan ook als een formaliteit. Oppositieleden stemden tegen of bleven weg, maar waren in de minderheid.
De rechts-nationalistische Orbán lag de afgelopen jaren herhaaldelijk in de clinch met Brussel, onder meer vanwege zijn pogingen migranten te weren. Hij beloofde donderdag tijdens een speech voor het parlement zich te blijven verzetten tegen verplichte vluchtelingenquota. „We zullen strijden voor de bescherming van grenzen”, stelde Orbán.
De premier maakte ook duidelijk dat het tijdperk van de „liberale democratie” in zijn ogen is geëindigd. Hij zei dat Hongarije is omgevormd tot een „christelijke democratie”, waar de veiligheid en vrijheid van inwoners is gegarandeerd.
Ook riep de premier de Europese Unie ertoe op af te zien van de „nachtmerrie over een Verenigde Staten van Europa” en terug te keren naar de realiteit. Als eerste stap zou de EU haar „denkwijze over migratie” moeten veranderen, concludeerde Orbán.