„Ik heb besloten deze mensen te verwijderen uit politieke en partijfuncties”, aldus Ashdown. „Wij moeten af van het kankergezwel van obstructie en corruptie in de (Bosnisch-Servische) structuren en daarvoor is niets minder nodig dan een ingrijpende operatie”, zei de vertegenwoordiger. De ontslaggolf heeft te maken met het falen van de autoriteiten om de gezochte Radovan Karadzic op te sporen, te arresteren en uit te leveren aan het Joegoslavië-tribunaal in Den Haag.

De Bosnisch-Servische parlementsvoorzitter Dragan Kalinic is een van de functionarissen die hun baan verloren.

In april dit jaar beschuldigde Ashdown de SDS er al van Karadzic financieel te steunen. De medeoprichter van de SDS wordt gezocht door het Joegoslavië-tribunaal in Den Haag en is al bijna negen jaar voortvluchtig. „Het was Dragan Kalinic’ verantwoordelijkheid als leider van de SDS om fraude, misbruik en criminaliteit te voorkomen om er zeker van te zijn dat de partij die werd opgericht door Radovan Karadzic hem niet langer financiert”, aldus Ashdown. De Brit kreeg met de vredesakkoorden van Dayton uit 1995 verregaande bevoegdheden om in te grijpen in interne Bosnische aangelegenheden.

Ook de minister van Binnenlandse Zaken van de Servische entiteit in Bosnië, Zoran Djeric, moest woensdag het veld ruimen, zo meldde een hooggeplaatste partijgenoot van de politicus.

De woordvoerster van hoofdaanklaagster Carla Del Ponte van het Joegoslavië-tribunaal verklaarde woensdag dat de internationale gemeenschap de druk op Republika Srpska moet verhogen om de arrestatie van Radovan Karadzic voor elkaar te krijgen.

Nu Servië met Boris Tadic een pro-westerse president heeft, is de unie van Servië en Montenegro bereid volledig samen te werken met het Joegoslavië-tribunaal in Den Haag. Dat heeft president Svetozar Marovic van Servië en Montenegro woensdag gezegd.

Hoofdaanklaagster Del Ponte zei eerder deze week nog tegen de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties dat de autoriteiten in Servië en Montenegro sinds december vrijwel niet hebben samengewerkt met het tribunaal en dat het land een veilige haven voor voortvluchtige oorlogsmisdadigers is geworden. Ze zei dat ten minste vijftien gezochte misdadigers, onder wie de Bosnisch-Servische generaal Ratko Mladic, zich veel in Servië en Montenegro ophouden.

Marovic zei dat nu Tadic president van Servië is, het land zal bewijzen dat het niet probeert onder zijn internationale verplichtingen uit te komen. Hij beloofde dat de unie op korte termijn vier van wreedheden in Kosovo verdachte Servische generaals zal uitleveren aan het Joegoslavië-tribunaal. Hij ontkende overigens dat Mladic nog steeds in Servië ondergedoken zit.