Stem van een patriot: Echt, de Russische wereld bestáát
Zonder moeder kan een kind niet overleven. Precies zo kan Vladimir Azarov niet zonder Rusland. Al 64 jaar drinkt hij uit de borst van zijn moederland. „Ik dank God voor de eer een Rus te mogen zijn.”
Een eer is het om Rus te zijn. Jawel, maar het geeft geen voorrechten. „Het is een verantwoordelijkheid”, zegt de patriot.
Hij kijkt om zich heen in het Museum van de Moderne Geschiedenis in hartje Moskou. In 1941 stond op deze zelfde plek een groep tanksoldaten. Vlak voordat ze naar het front gingen, werden ze hier rondgeleid. Azarov: „Vermoedelijk is geen van allen teruggekomen van het front.”
Een foto toont de huidige president Poetin, die hier in 2014 een groep jonge onderwijzers ontmoette. „Een president die handelt vanuit liefde voor het moederland”, zegt Azarov waarderend.
De president heeft de afgelopen jaren bewezen dat hij zijn verantwoordelijkheid verstaat. „Wij moesten voorkomen dat de bandieten vanuit Kiev naar de Krim zouden komen om daar de Russen de keel af te snijden.”
Hetzelfde is het geval in het oosten van Oekraïne. Daar zijn ‘militaire vrijwilligers’ actief, zoals het Kremlin zegt. Azarov: „Rusland is groot genoeg, dus grondgebied hebben we niet nodig. Maar wij hebben wel de plicht om onze broeders te beschermen als zij in elkaar worden geslagen zodra ze Russisch spreken.”
Prof. Azarov geeft colleges over Rusland in de wereld aan internationale studenten aan de Russian New University. Veel van die studenten komen uit West-Europa. Hij merkt bij hen dat ze niets hebben met vaderlandsliefde. „Zij zijn individualisten. Ze kijken niet verder dan hun familie. Net als Joden strijken ze overal ter wereld neer. Waar ze het goed hebben, kiezen zij hun moederland. Westerlingen wonen daar waar ze hun gezin kunnen onderhouden en genoeg geld verdienen voor hun consumptiepatroon.”
Typerend voor dit westerse individualisme vindt hij de Engelse uitdrukking: ”My home is my castle” (mijn thuis is mijn vesting). „Ons kasteel is de Roesski Mir – de Russische wereld. We kijken veel breder dan ons eigen huis en onze familie.”
Dat dit effectief is, bewijst de militaire geschiedenis. „Waarom waren veel Russische legereenheden onoverwinnelijk? De regimenten werden regionaal gevormd. Als je vluchtte, wisten ze thuis direct dat je een lafaard was. Dat maakte het leger sterk.”
Spaargeld
Azarov slaat in het Museum voor Moderne Geschiedenis de route in naar de afdeling Perestrojka. In deze rumoerige zes jaar van hervorming van 1985 tot 1991 werd het nieuwe Rusland geboren. Althans, dat was de bedoeling. Een bordje spreekt van „onvermijdelijke hervormingen en de vorming van een nieuw politiek systeem.”
Azarov kijkt geërgerd. „Dit was een grote fout. Dit had langzaam en geleidelijk moeten gaan. Nu werden mensen in een paar dagen miljardair, door de juiste fabrieken te kopen. Zelf zag ik mijn spaargeld waardeloos worden.”
Een videoscherm toont oud-Sovjetleider Gorbatsjov en de Russische president Jeltsin. Azarov schudt zijn hoofd. „Geen echte leiders”, zegt hij. „Het waren geen wijze mensen met een langetermijnvisie, zoals Kohl en Mitterrand. Gorbatsjov en Jeltsin dachten alleen aan zichzelf, niet aan de natie.”
De tentoonstelling laat zien hoe de wereld van het communisme in elkaar stortte. President Jeltsin liet toe hoe in 1991 de Sovjet-Unie uiteenviel in vijftien aparte republieken.
Het doet Azarov nog altijd pijn. Als luitenant-kolonel in het leger van de USSR diende hij in Zjitomir in (de) Oekraïne. De regio veranderde in die periode in een zelfstandig land. „Ineens zei Kiev: Laten we de geschiedenis veranderen, de taal veranderen. Oekraïne had nog nooit als zelfstandig land bestaan, behalve korte tijd na de Russische Revolutie. De Oekraïense taal klinkt voor een Rus net als het gebroken Engels dat ik als VN-militair in Sierra Leone hoorde.”
Aanvankelijk had hij de hoop dat de voormalige Sovjetrepublieken samen één leger zouden houden. Dat zou veel beter zijn geweest. „In Charkov was een tankfabriek. Die maakte fantastische tanks, met onderdelen vanuit de hele Sovjet-Unie. Dat hield dus op.”
Hijzelf kreeg de vraag het nieuwe Oekraïense leger te gaan dienen. „Ik heb toen getekend.” Hij bleef er tot 1995. Voor Oekraïne nam hij onder meer deel aan een vredesoperatie in het voormalige Joegoslavië.
Veel keus had hij niet, zegt hij. Duizenden Sovjetmilitairen waren vanuit Oost-Europa teruggekomen naar Rusland. Het Russische leger was daarom verzadigd.
Op foto’s is te zien hoe die terugtrekking verliep. „Kijk, die mannen daar in die trein in Hongarije lachen nog. Maar in Rusland merkten ze dat er niets voor hen was, zelfs geen woonruimte. Het ging wel om een half miljoen mensen, hè. De voertuigen kwamen open en bloot in het veld te staan. Deze terugtrekking was gewoon een vlucht. Wat een vreselijke tijd was dit.”
Andere foto’s tonen soldaten met hun koffers en een gitaar aan de grens van de DDR. Dit vertrek had veel rustiger moeten verlopen, zegt Azarov. Net als de terugtrekking uit Afghanistan, die hij eind jaren tachtig meemaakte. „Die verliep stap voor stap, gedurende drie jaar.”
Schaamte
Bij deze beelden voelt hij niets minder dan diepe schaamte. „Voor de leiders, niet voor mijn volk. Gelukkig hebben we nu een betere leider.”
Azarov wandelt verder naar een beeldscherm dat spreekt over de „hereniging” van de Krim met Rusland. Let op, zegt hij: „De hereniging, niet de annexatie. De Krim is altijd Russisch geweest. In 1783 heeft Catharina de Grote het in het Russische Rijk opgenomen. Chroesjtsjov heeft het in 1954 aan de Oekraïne gegeven, om het beter bestuurbaar te maken. Maar toen was niet te voorzien dat de Sovjet-Unie uiteen zou vallen.”
Wat Azarov betreft hoort Oekraïne ook na de „staatsgreep” nog altijd bij Roesski Mir. „Ze blijven broeders. Jammer genoeg zijn de broeders ziek.”
Dankbaar
Een tentoonstelling over perestrojka bezoeken is voor een Russisch patriot geen pretje. „Het was een tijd van verwarring”, zegt hij hoofdschuddend.
Verwarring en schaamte. Die emoties horen bij de liefde voor het moederland. Maar Azarov is vooral een dankbaar man, zegt hij.
Zoals hij zich schaamde voor eerdere leiders, zo blij is hij met president Poetin. Vooral zijn pleidooi voor gezinswaarden spreekt Azarov aan. „Vrouwen mogen hier echt vrouw zijn. Elk meisje mag leren wat het is om dienstbaar te zijn, zoals een moeder is. Een jongen krijgt van zijn vader een voorbeeld in moed en vastberadenheid. Hij wordt straks niet alleen kostwinner, maar ook verdediger.”
Bij een interactieve kaart van Rusland met zijn vele regio’s en prachtige hoofdsteden haalt Azarov opgelucht adem.
Even verder draait een presentatie over de natuur en cultuur in het onmetelijke land. De hoogleraar laaft zich daar aan de schone schatten van het moederland. „Geweldig. Van deze grote natie ben ik nu deel. Dit volk bracht zo veel voort: grote schilders en schrijvers, priesters en legerleiders. De Russische wereld bestaat echt. En de wereld mag dat weten.”
Dit is het eerste deel van een reeks artikelen in de aanloop naar de Russische presidentsverkiezingen op 18 maart. Vrijdag deel 2.
Dugin: Poetin ontheiligt de Russische identiteit
Prof. Alexander Dugin weet het: in West-Europa is het geen deugd om patriot te zijn. „Je wordt erom gedemoniseerd”, zegt de filosoof en leider van de Euraziatische Beweging. „Ze zien ons als fascisten. Wij houden de noodzakelijke vooruitgang tegen.”
Voor Dugin is het patriot-zijn een christelijke daad. „Ik geloof in de voorzienigheid. Ik moest als Rus geboren worden, zoals anderen worden geboren als Nederlander. Dat is niet toevallig. God had daar Zijn redenen voor. En daarin maakt Hij geen fouten.”
Zijn vaderlandsliefde helpt hem verder te kijken dan zijn eigen neus lang is. „Door de gemeenschap stijg ik boven mezelf uit. Ik ben niet de enige die houdt van de Russische taal en cultuur. Dat maakt me sterker. Ik heb deel aan de overwinningen van mijn volk, wat me trots maakt. Maar ik heb ook deel aan de nederlagen. Vaderlandsliefde is ook dramatisch.”
Dugin spreekt over „collectieve identiteit.” Hij weet dat dit botst met het westerse liberale idee van individuele vrijheid. „De liberalen zien het individualisme als bevrijding van de collectieve binding.”
Deze benaderingen zijn ten diepste religieus van aard, meent Dugin. „Ik zie het Russische volk als aparte schepping van God. Onze cultuur en onze moraal zijn gedoopt in het christendom. Zelfs in het communisme zag je dat. Het collectivisme was een geseculariseerde vorm van de Russisch-orthodoxe gemeenschapszin. Evenzo zie ik het individualisme in het Westen als een geseculariseerde vorm van protestantisme.”
Gemeenschapszin heeft niets te maken met groepsdenken, verzekert Dugin telefonisch vanuit Moskou. „Groepsdenken is ideologie. Dat voegt alle opinies bij elkaar en manipuleert dat tot een totalitair geheel. Gemeenschapszin is een organisch geheel. Het is een lichaam van verschillende onderdelen die een eenheid vormen.”
Het Russische patriottisme bloeit momenteel en is een van de oorzaken van de stroeve relatie met de Europese Unie en de Verenigde Staten. Toch zou Dugin zijn land graag nog wat traditioneler zien. De huidige president Poetin –die volgende week wil worden herkozen– gebruikt de vaderlandsliefde alleen maar voor zijn eigen doelen. „Hij stelt de Russische staat voorop, terwijl ik denk vanuit Roesski Mir. Deze Russische wereld is veel breder dan de Rusland. Poetin ontheiligt de Russische identiteit, en daarmee heeft hij veel patriotten teleurgesteld. Van zijn komende termijn verwacht ik daarom niets.”
Dugin geeft toe dat hij in het verleden veel invloed op de president had. „Ik was daar toen wel trots op. Je kunt de invloed van mijn boeken ook wel in zijn beleid terugzien, vooral in het streven naar Euraziatische samenwerking. Maar hij laat zich evenzeer leiden door liberale en prowesterse denkers. Hij pakt er uit wat hem aanstaat. Dat is pervers.”
Ook bij het beleid rond Oekraïne staat Dugin niet te juichen. „Het is goed dat wij de Krim en Oost-Oekraïne beschermen tegen de gevolgen van de nazistische staatsgreep in Kiev. Maar we moeten Oost-Oekraïne de vrije keuze geven de eigen toekomst te bepalen. Oekraïne herbergt twee naties; een Europese en een Russische. Die moeten zelf beslissen of ze onderling een federatie willen vormen of iets anders. Rusland levert tot nu toe half werk in Oost-Oekraïne. Dat is verraad aan de mensen daar. Echt, ik schaam me daarvoor.”