Dat was de uitkomst van een uitvoerig debat dat de Tweede Kamer maandag wijdde aan het inburgeringsbeleid van dit kabinet. De Kamer vindt het huidige plan te vaag. Ook verloopt de uitvoering te traag.

Het kabinet wil dat er een algemene inburgeringsplicht komt. Die geldt al voor nieuwkomers, maar moet ook gaan gelden voor migranten die al jaren in Nederland wonen. Zij moeten slagen voor een inburgeringstoets. Als dat binnen vijf jaar niet lukt, riskeren zij een bestuurlijke boete of krijgen zij geen definitieve verblijfsvergunning. Verdonk werd overstelpt met vragen. Omdat het haar niet lukte die naar tevredenheid te beantwoorden, moest het debat worden gestaakt. Nog voor het zomerreces, dat op 2 juli begint, moet het worden afgerond.

De Kamer wilde weten wat de minister vindt van het voorstel van de commissie-Franssen om de plicht tot inburgering voor personen ouder dan 57,5 jaar te laten vervallen. Volgens de commissie is er dan ook geen sollicitatieplicht meer. Verdonk zei nog niet exact te weten wat ze zal doen. Wel wees ze erop dat werklozen inmiddels tot hun 65e moeten solliciteren. Zij liet doorschemeren deze grens ook te willen aanhouden voor de inburgering.

Het wetsvoorstel over de inburgering van de zogeheten oudkomers (zij die al in Nederland wonen) zal in ieder geval nog deze zomer wordt ingediend. De omvang van de groep wordt geschat op 460.000. Het aantal van hen dat het inburgeringsexamen moet afleggen, hangt af van de leeftijdsgrens die Verdonk zal trekken.

Werklozen en bijstandmoeders zullen als eersten voor het volgen van een cursus worden opgeroepen. Vanuit de Kamer werd er bij de minister op aangedrongen snel duidelijkheid te verschaffen vanwege de onrust die er is ontstaan onder de betrokkenen. Ze wees op de omvang van de operatie, waarbij ze richting de PvdA aangaf dat ze achterstanden moet wegwerken die door toedoen van de paarse kabinetten zijn ontstaan.

Verdonk kwam terug op haar eerdere eis dat inburgeringscursussen alleen mogen worden verzorgd door aanbieders die zijn toegelaten. Als het aan haar ligt, mag nu ook de buurvrouw worden ingeschakeld als die kan helpen bij het overdragen van kennis over Nederland en de taal.

Daarmee zette de minister tot verrassing van de Tweede Kamer een deel van haar inburgeringsplannen op de helling. Verdonk denkt dat certificering van aanbieders zal leiden tot meer bureaucratie, hogere kosten en belemmeringen voor nieuwe cursusaanbieders. Nu moeten de gemeenten de inburgeringscursussen nog afnemen bij de Regionale Opleidingscentra.

„Eigenlijk ben ik alleen geïnteresseerd in het halen van het examen en niet in het voortraject. Ik kan me goed voorstellen dat de kennis een op een wordt overgedragen.” Ze wees verder op nieuwe ontwikkelingen op internet, waarbij mensen voor 200 euro de Nederlandse taal kunnen leren.