Kabinet: Geen recht op zondagssluiting
Het kabinet wil winkeliers beter beschermen tegen dwang om op zondag open te zijn, mits ze dergelijke maatregelen niet zelf hebben ondertekend. „Afspraak is afspraak.”
Dat zei staatssecretaris Keijzer (Economische Zaken) donderdagmiddag in de Tweede Kamer tijdens een debat over de nieuwe Winkeltijdenwet. Deze wet, die in 2013 de bevoegdheid om koopzondagen te bepalen geheel bij gemeenten legde, is in 2016 in opdracht van het kabinet geëvalueerd. Vanwege de verkiezingen en de daaropvolgende formatie kwam de Kamer er niet eerder aan toe hierover te spreken.
Uit de evaluatie blijkt volgens Keijzer dat de winkeltijdenwet „een goede wet is die werkt.” Niettemin stelde ze dat een wet die als doel heeft om te bepalen wanneer winkels open mógen niet tegelijk ook sommige winkeliers moet kunnen dwíngen om op koopzondag open te gaan. Ze refereerde daarbij aan de gang van zaken in het Groningse winkelcentrum Paddepoel, waar winkeliers op straffe van boetes werden gedwongen tot zondagsopening nadat de vereniging van eigenaren de openingstijden van het koopcentrum eenzijdig gewijzigd had.
Keijzer meldde vorige week al eind dit jaar met wetgeving te willen komen om aan die praktijken een einde te maken door te waarborgen dat winkeliers nooit op zondag open hoeven indien zij daar niet zelf contractueel mee hebben ingestemd.
Met name de SGP gaat die maatregel niet ver genoeg. Kamerlid Bisschop vroeg de CDA-bewindsvrouw alle winkeliers een recht te geven op een vrije zondag, bijvoorbeeld door wettelijk te verankeren dat ondernemers nooit gedwongen mogen worden hun winkel meer dan zes dagen achtereen te openen. Dat moet voorkomen dat kleine winkeliers bij nieuwe contractonderhandelingen alsnog gedwongen worden in te stemmen met dwangmaatregelen tot zondagsopening. Anders zal volgens Bisschop „slikken of opkrassen” hun deel zijn.
Tijdens het debat bleek echter dat Keijzer op geen enkele wijze wil tornen aan de contractvrijheid tussen ondernemers. „Ik ga ervan uit dat ondernemers met elkaar spreken voor ze een huurcontract tekenen. Als gestelde voorwaarden niet bij je passen kun je als winkelier besluiten naar elders te verkassen. Ik wil niet dat een verhuurder die zijn winkel op zondag graag open wil hebben, verplicht moet worden zijn winkel te verhuren aan iemand die op zondag niet open wil.”
Richting de SGP zegde Keizer wel toe met haar collega van Sociale Zaken te willen bezien of het nodig is om werknemers beter bekend te maken met hun wettelijke recht om zondagsarbeid te weigeren. Want als de evaluatie iets laat zien, dan is het volgens Bisschop wel dat verreweg het meeste personeel op zondag gewoon vrij wil zijn. Bisschop: „Tweederde van het personeel dat op zondag werkt wil daar graag vanaf en van degenen die op zondag niet hoeven te werken, vindt zelfs 90 procent zondagswerk helemaal niks.”
Waar de SGP Keijzer vroeg wettelijk te regelen dat winkeliers op zondag gesloten mogen blijven, probeerde D66 de bewindsvrouw juist te bewegen tot een wettelijk „recht om open te mogen zijn.” Ook dat pleidooi wimpelde Keizer af. Ze wees D66-Kamerlid Paternotte er fijntjes op dat juist D66 de voortrekker was van de wet die besluiten over koopzondagen bij gemeenten heeft gelegd. „Vanuit de gedachte dat juist op lokaal niveau de beste belangenafweging kan worden gemaakt. Laten we dan niet nu weer van alles willen gaan bepalen vanuit Den Haag.”