Essity neemt volgens Greenpeace grondstoffen af van houtkapbedrijven die eeuwenoude bossen in het hoge noorden kaalslaan. De bedrijven zouden bosgebieden ontginnen die beschermd zijn of in aanmerking komen voor bescherming, en zo het leefgebied van bedreigde diersoorten en planten vernietigen.

In Zweden koopt Essity volgens de milieuorganisatie houtpulp van zusterbedrijf SCA, dat zou kappen in ecologisch waardevolle bossen in het noorden. Het zou hierbij onder meer gaan om leefgebieden van bedreigde plant- en diersoorten. SCA zou tegelijkertijd uitheemse draaidennen aanplanten, waardoor de rendieren van de inheemse Sámi-gemeenschap steeds moeilijker bij graasplekken kunnen komen.

In Finland kopen leveranciers van Essity houtpulp bij het staatsbedrijf Metsähallitus, dat kapt in oude bossen, zo meldt Greenpeace. Essity’s Russische leverancier zou ondertussen delen van het Dvinsky-woud in Rusland die in aanmerking komen voor bescherming willen kappen.

Volgens Meike Rijksen van Greenpeace is het boreale woud, dat zijn bossen op hogere breedtegraden, goed voor bijna een derde van al het bos op aarde en cruciaal voor de biodiversiteit en het klimaat. „In het bos en de bodem is meer CO2 opgeslagen dan in alle tropische regenwouden bij elkaar. Helaas wordt slechts 3 procent van deze bossen beschermd. Essity moet deze belangrijke bossen met rust laten.”